ECLI:NL:RBROT:2017:8423
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van individuele inkomenstoeslag en beoordeling van de Verordening individuele inkomenstoeslag Rotterdam 2016
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 3 november 2017 uitspraak gedaan over de toekenning van een individuele inkomenstoeslag aan eiseres voor het jaar 2016. Eiseres had een aanvraag ingediend voor deze toeslag, maar kreeg slechts een bedrag van € 100,- toegekend, terwijl zij meende recht te hebben op een hoger bedrag. De rechtbank beoordeelde de argumenten van eiseres, die stelde dat de Verordening individuele inkomenstoeslag Rotterdam 2016 op onredelijke wijze was toegepast en dat zij misleid was door de gemeente. Eiseres voerde aan dat de verordening onverbindend verklaard moest worden, omdat deze enkel gericht was op jongeren van 18 tot 27 jaar, wat volgens haar een schending van het gelijkheidsbeginsel inhield. De rechtbank oordeelde echter dat de gemeente Rotterdam de vrijheid had om de hoogte van de toeslag vast te stellen en dat er geen sprake was van misleiding. De rechtbank concludeerde dat de verordening niet onverbindend was en dat de gemeente niet verplicht was om de hoogte van de toeslag te individualiseren. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en bevestigde de beslissing van de gemeente.