ECLI:NL:RBROT:2017:3427

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
4 mei 2017
Publicatiedatum
8 mei 2017
Zaaknummer
10/680409-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gewapende overval op Jumbo Supermarkt te Dordrecht met meerdere slachtoffers en bewijsuitsluiting

Op 4 mei 2017 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die samen met twee mededaders een gewapende overval heeft gepleegd op een Jumbo Supermarkt in Dordrecht op 13 mei 2016. Tijdens de overval werden zeven medewerkers en een externe medewerker onder schot gehouden en vastgebonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, die op het moment van de overval preventief gedetineerd was, betrokken was bij de overval en heeft hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar. De officier van justitie had een gevangenisstraf van zes jaar geëist, maar de rechtbank hield rekening met de jeugdige leeftijd van de verdachte.

De verdediging voerde aan dat de doorzoeking van de smartphone van de verdachte onrechtmatig was, maar de rechtbank oordeelde dat de inbeslagname en het onderzoek rechtmatig waren uitgevoerd. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging en concludeerde dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan de ten laste gelegde feiten, waaronder het wederrechtelijk beroven van de vrijheid van de medewerkers en diefstal met geweld.

De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, die een traumatische ervaring hadden ondergaan. De verdachte had zich laten leiden door financieel gewin, zonder rekening te houden met de gevolgen voor de slachtoffers. De rechtbank verklaarde de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding, omdat de verdachte was vrijgesproken van een deel van de tenlastelegging.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/680409-16
Datum uitspraak: 4 mei 2017
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in:
de PI Rijnmond, De Schie, te Rotterdam,
raadsman mr. H. Raza, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 14 april 2017.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. H. van Wijk heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) jaar met aftrek van voorarrest.

4.Vormverzuim in de zin van artikel 359a Wetboek van Strafvordering (Sv)

4.1.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat de doorzoeking van de smartphone van de verdachte op grond van artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) onrechtmatig is geweest. De raadsman verwijst in dit verband naar het op 4 april 2017 onder nummer ECLI:NL:HR:2017:584 gewezen arrest van de Hoge Raad, waarin is bepaald dat het zonder wettelijke grondslag ophalen van privé-gegevens van de verdachte uit de inbeslaggenomen smartphone een dusdanige inbreuk maakt op het in artikel 8 EVRM gewaarborgde recht op privacy, dat sprake is van een ernstig vormverzuim in de zin van artikel 359a Sv.
Dit alles moet leiden tot bewijsuitsluiting van het bewijs dat door het uitlezen van de gegevens van de smartphone van de verdachte is verkregen.
4.2.
Oordeel rechtbank
De inbeslagname van de smartphone is, anders dan in het door de raadsman aangehaalde arrest, verricht door de rechter-commissaris. De rechter-commissaris ontleent zijn bevoegdheid tot inbeslagneming van de smartphone aan artikel 104 lid 1 Sv. Deze bepaling biedt tevens de grondslag voor het verrichten van strafrechtelijk onderzoek aan die smartphone ten behoeve van de waarheidsvinding binnen het strafrechtelijk onderzoek. In die smartphone opgeslagen gegevens zijn daarvan niet uitgezonderd (zie ook HR 29 maart 1994, ECLI:NL:HR:1994:AD2076). Er is geen reden om ten aanzien van de gegevens opgeslagen in een smartphone anders te oordelen dan ten aanzien van data in computers.
De inbeslagname, het onderzoek aan de smartphone en het lichten van gegevens van die smartphone door de politie vormen na deze vorm van rechterlijke toetsing geen ongerechtvaardigde inbreuk op de door artikel 8 EVRM verleende bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de doorzoeking van de smartphone op rechtmatige wijze heeft plaatsgevonden. Het verweer wordt verworpen.

5.Waardering van het bewijs

De rechtbank gaat uit van het volgende.
Op 13 mei 2016 wordt omstreeks 07.08 uur bij de politie een gewapende overval gemeld in de supermarkt Jumbo aan [adres delict] te Dordrecht. Uit de getuigenverklaringen blijkt dat drie gewapende overvallers de supermarkt waren binnengekomen. Zij waren in het zwart gekleed en met zwarte maskers vermomd. Blijkens hun uitlatingen waren de overvallers gekomen om onder meer de inhoud van de kluis van de Jumbo te bemachtigen. Door meerdere getuigen is gezien dat de overvallers nadien de [adres delict] te Dordrecht zijn overgestoken en de [straatnaam] te Dordrecht zijn ingelopen. Eén getuige heeft de overvallers ter hoogte van de [straatnaam] te Dordrecht met grote haast zien vertrekken in een blauwe/groen of turquoise auto met kenteken [kentekennummer] . Van belang is dus het antwoord op de vraag wie, gelet op de inhoud van het dossier en het verhandelde op de zitting, op 13 mei 2016 rond 07:15 uur ter hoogte van de [straatnaam] in de Opel Corsa zijn weggereden.
De feiten
De rechtbank komt tot het oordeel dat de verdachte één van de overvallers is geweest.
Zij baseert dit op de volgende feiten en omstandigheden.
Uit onderzoek is gebleken dat de bewuste auto met kenteken [kentekennummer] op naam van de verdachte staat. Deze auto reed op 13 mei 2016 om 02:58 uur op de Rijksweg A16 richting Dordrecht en om 07:25 uur op diezelfde Rijksweg A16 terug richting Rotterdam. Voorts is uit politieonderzoek gebleken dat de verdachte het telefoonnummer [nummer 1] gebruikt en de medeverdachte [naam medeverdachte] het telefoonnummer [nummer 2] . De telefoontoestellen met daarin de simkaarten met deze twee nummers hebben op 13 mei 2016, voorafgaande aan de overval, een zendmast aangestraald in de directe omgeving van de Jumbo en hebben die ochtend, iets na half acht en dus een kwartier na het vertrek van de auto vanaf de [straatnaam] te Dordrecht, een zendmast aan de [adres] te Rotterdam-Zuid aangestraald. Deze laan ligt in de richting waarin de Opel Corsa - na de overval - is gereden.
Op grond daarvan sluit de rechtbank bovendien uit dat, zoals de verdediging heeft geopperd, dat de telefoontoestellen van de verdachte en zijn medeverdachte [naam medeverdachte] vanuit hun verblijfplaats te Rotterdam-Zuid de zendmast in de directe omgeving van de Jumbo zouden hebben aangestraald. Zouden de simkaarten op een dergelijk vroeg tijdstip door de verdachten al zijn gebruikt in Rotterdam-Zuid dan is het onwaarschijnlijk dat vanwege overbelasting van een zendmast in de nabije omgeving een zendmast in Dordrecht zou zijn aangestraald.
Het feit dat de verdachte ook daadwerkelijk toen in de auto heeft gezeten wordt onderstreept door het feit dat in de nabijheid van de plek waar de Opel Corsa na de overval is weggereden een handschoen is aangetroffen. Een handschoen die - zoals blijkt uit de beelden van de overval - soortgelijk is aan de handschoenen die door de overvallers tijdens de overval werden gedragen. Op deze handschoen is een mengprofiel aangetroffen met lichaamseigen materiaal met DNA van de verdachte en de medeverdachte [naam medeverdachte] . Blijkens DNA-onderzoek van het NFI is de kans dat dit lichaamseigen materiaal van de verdachte afkomstig is 10 miljoen keer waarschijnlijker dan dat dit van een willekeurige andere persoon is.
Tot slot is in de telefoon van de verdachte een foto aangetroffen van een persoon die eenzelfde soort masker en eenzelfde soort jas draagt als één van de overvallers.
Deze feiten en omstandigheden in onderling verband beschouwd en daarmee elkaar versterkend, leveren het bewijs dat de verdachte één van de overvallers is geweest. De, niet nader onderbouwde, door de verdachte ter zitting gegeven verklaring dat hij zijn auto en zijn telefoon op de dag van de overval misschien had uitgeleend heeft de verdachte verder niet geconcretiseerd en wordt door de rechtbank op grond van het voorgaande volstrekt ongeloofwaardig geacht.
Conclusie
Het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde is wettig en overtuigend bewezen.
Nu [naam] geen medewerker van de Supermarkt Jumbo is, moet de verdachte ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde feit worden vrijgesproken voor zover dit ziet op [naam] .
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij op 13 mei 2016 te Dordrecht, in een pand aan de [adres delict] ,
tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk medewerk(st)er(s) van de Supermarkt Jumbo ( [naam slachtoffer 1] en
[naam slachtoffer 2] en [naam slachtoffer 3] en [naam slachtoffer 4] en [naam slachtoffer 5] en [naam slachtoffer 6] en [naam slachtoffer 7] ) en [naam slachtoffer 8]
wederrechtelijk van de vrijheid hebben beroofd en beroofd gehouden,
immers heeft hij verdachte en zijn mededaders
- genoemde personen op vuurwapens gelijkende voorwerpen
voorgehouden en/of getoond, en
- genoemde personen met op vuurwapens gelijkende
voorwerpen bedreigd, en
- die genoemde personen (zodoende) gedwongen mee te lopen door de supermarkt
en/of naar boven, en
- die genoemde personen aan de armen/polsen met tape vastgebonden en
- ( vervolgens) met tiewraps en/of touw aan een verwarming en/of trap(hekje)
vastgebonden, en
- ( een of meer van) die genoemde personen gedwongen om op de grond te gaan
zitten en
- ( een of meer van) die genoemde personen (steeds) gezegd dat zij naar beneden
moesten kijken,
waardoor die genoemde personen niet konden gaan en staan waar zij wilden.
2.
hij op 13 mei 2016 te Dordrecht, in/uit een pand van Jumbo Supermarkt aan
de [adres delict] , tezamen en in vereniging met anderen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen portemonnees en geld en autosleutels, geheel of ten dele toebehorende aan medewerk(st)er(s) van die Jumbo
supermarkt en [naam slachtoffer 8] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt en [naam slachtoffer 8] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal
gemakkelijk
en
met het oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt hebben gedwongen tot de afgifte van een of meer portemonnees en geld en autosleutels, geheel of ten dele toebehorende aan die medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestonden uit het (meermalen)
telkens,
- aan (een of meer van de) genoemde personen tonen en/of voorhouden van een
(op een) vuurwapen(s) (gelijkend(e) voorwerp(en)), en
- ( een of meer van de) genoemde personen (zodoende) dwingen mee te lopen door
de supermarkt en/of naar boven in de supermarkt, en
- ( een of meer van de) genoemde personen aan armen en/of polsen (met tape)
vastbinden, en
- een of meer van de genoemde personen met tiewraps en/of touw
vastbinden aan een verwarming(sbuis) en/of een traphekje.
3.
hij op 13 mei 2016 te Dordrecht, in het pand van de Jumbo Supermarkt aan de [adres delict] , tezamen en in vereniging met anderen,
ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen
misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld medewerk(st)er(s) van de Supermarkt Jumbo te dwingen tot de afgifte van geld en/of goederen toebehorend aan die medewerk(st)er(s) van de Supermarkt Jumbo en/of
om met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen geld, geheel of te dele toebehorende aan de Supermarkt Jumbo en deze diefstal te doen voorafgaan en vergezellen van geweld en bedreiging met geweld tegen die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt
Jumbo, één en ander met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, heeft gehandeld als volgt:
hij, verdachte, en/of (een) mededader(s), meermalen (telkens)
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo een (op een) vuurwapen(s)
(gelijkende voorwerp(en)) hebben getoond en voorgehouden en
daarmee heeft bedreigd, en
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo op dreigende toon de woorden
heeft toegevoegd: "Zitten" en/of "Waar is de kluis(sleutel)" en "Wie kan de
kluis openmaken", althans (telkens) woorden van gelijke aard en/of strekking,
en
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo heeft gedwongen mee te lopen
en
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo (met tape)
hebben vastgebonden aan de arm(en)/hand(en) en/of met tiewraps aan een
verwarming(sbuis),
terwijl de uitvoering van dat/die voorgenomen misdrijf/misdrijven niet is voltooid.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

6.Strafbaarheid feiten

Eendaadse samenloop

Naast eenheid van tijd en plaats is voor een eendaadse samenloop nodig dat de betreffende strafbepalingen dezelfde strekking hebben. Zowel artikel 282 Sr, als artikel 312 Sr en artikel 317 Sr beschermen de persoonlijke vrijheid. Artikel 312 Sr en artikel 317 Sr beschermen daarnaast ook het vermogen. Nu voornoemde bepalingen dezelfde strekking hebben en
de feiten met elkaar zijn verweven en in elkaar opgaan, is naar het oordeel van de rechtbank sprake van eendaadse samenloop.
De bewezen feiten leveren op:
De eendaadse samenloop van:

1. medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden, meermalen gepleegd;

alsmede

2. diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd

en medeplegen afpersing, meermalen gepleegd;

alsmede

3.poging tot medeplegen afpersing, meermalen gepleegd

en/of
poging tot diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

7.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

8.Motivering straf

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich samen met zijn mededaders schuldig gemaakt aan een gewapende overval in een filiaal van de Jumbo te Dordrecht. Hierbij werden zeven medewerkers van de Jumbo en externe medewerkers door de overvallers vastgebonden en onder schot gehouden. De verdachte en zijn mededaders hadden zwarte kleding aan en droegen angstaanjagende zwarte maskers.
Het spreekt voor zich dat een op deze zeer intimiderende manier uitgevoerde overval voor de slachtoffers een bijzonder traumatische ervaring moet zijn geweest. De rechtbank acht het uitermate zorgelijk dat de verdachte op zo jonge leeftijd tot het plegen van zulke buitengewoon ernstige misdrijven in staat blijkt te zijn. De verdachte heeft zich laten leiden door financieel gewin, zonder zich erom te bekommeren dat de slachtoffers nog geruime tijd last zullen hebben van de gevolgen van zijn strafbaar handelen.
Dergelijk ernstige misdrijven veroorzaken niet alleen angst en leed bij de slachtoffers maar vormen ook een ernstige inbreuk op de rechtsorde, te meer ook omdat het bij anderen - begrijpelijkerwijs - leidt tot gevoelens van angst en onveiligheid.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Alleen al gezien de ernst van de feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur.
Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in min of meer vergelijkbare zaken plegen te worden opgelegd. De rechtbank houdt bij het bepalen van de duur van de straf in beperkte mate, in het voordeel van de verdachte, rekening met zijn jeugdige leeftijd. Gezien de ernst van de feiten bestaat er geen aanleiding om een gedeelte van de gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen.

9.Vordering benadeelde partij

Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd: de heer [naam benadeelde] ter zake van het onder 1 ten laste gelegde. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 2.500,00 aan immateriële schade.
De benadeelde partij zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, omdat de verdachte ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde ten aanzien van de heer [naam benadeelde] is vrijgesproken en om die reden aan de verdachte geen straf of maatregel is opgelegd en artikel 9 van het Wetboek van Strafrecht geen toepassing heeft gevonden.
Omdat de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering zal worden verklaard, zal de benadeelde partij worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, welke kosten tot op heden worden begroot op nihil.

10.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 45, 47, 55, 282, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht.

11.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

12.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaar;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering;
veroordeelt de benadeelde partij in de proceskosten door de verdachte ter verdediging van de vordering gemaakt, tot op heden aan de zijde van de verdachte begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. L. Feraaune, voorzitter,
en mr. C.G. van de Grampel en mr. J. de Lange, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. H.C. Fraaij, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 4 mei 2017.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 13 mei 2016 te Dordrecht, in een pand aan de [adres delict] ,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk (een) medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo ( [naam slachtoffer 1] en/of
[naam slachtoffer 2] en/of [naam slachtoffer 3] en/of [naam slachtoffer 4] en/of [naam slachtoffer 5] en/of [naam slachtoffer 6] en/of [naam slachtoffer 7] en/of [naam slachtoffer 9] ) en/of [naam slachtoffer 8]
wederrechtelijk van de vrijheid heeft/hebben beroofd en/of beroofd gehouden,
immers heeft hij verdachte en/of zijn mededader(s)
- genoemde personen een (op een) vuurwapen(s) (gelijkend(e) voorwerp(en))
voorgehouden en/of getoond, en/of
- genoemde personen met een (op een) vuurwapen(s) (gelijkend(e)
voorwerp(en)) bedreigd, en/of
- die genoemde personen (zodoende) gedwongen mee te lopen door de supermarkt
en/of naar boven, en/of
- die genoemde personen aan de armen/polsen met tape vastgebonden en/of
- ( vervolgens) met tiewraps en/of touw aan een verwarming en/of trap(hekje)
vastgebonden, en/of
- ( een of meer van) die genoemde personen gedwongen om op de grond te gaan
zitten en/of
- ( een of meer van) die genoemde personen (steeds) gezegd dat zij naar beneden
moesten kijken,
waardoor die genoemde personen niet konden gaan en staan waar zij wilden;
art 282 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op of omstreeks 13 mei 2016 te Dordrecht, in/uit een pand van Jumbo Supermarkt aan
de [adres delict] , tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meer portemonnees en/of geld en/of een of meer (auto)sleutel(s), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan (een) medewerk(st)er(s) van die Jumbo
supermarkt en/of [naam slachtoffer 8] , in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die/een medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt en/of [naam slachtoffer 8] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
en/of
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld (een) medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt en/of [naam slachtoffer 8] (telkens) heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van een of meer portemonnees en/of geld en/of een of meer (auto)sleutel(s), geheel of ten dele toebehorende aan die medewerk(st)er(s) van de Jumbo supermarkt en/of [naam slachtoffer 8] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het (meermalen)
telkens,
- aan (een of meer van de) genoemde personen tonen en/of voorhouden van een
(op een) vuurwapen(s) (gelijkend(e) voorwerp(en)), en/of
- ( een of meer van de) genoemde personen (zodoende) dwingen mee te lopen door
de supermarkt en/of naar boven in de supermarkt, en/of
- ( een of meer van de) genoemde personen aan armen en/of polsen (met tape)
vastbinden, en/of
- vervolgens (een of meer van de) genoemde personen met tiewraps en/of touw
vastbinden aan een verwarming(sbuis) en/of een traphekje, en/of
- de tas(sen) van genoemde personen doorzoeken;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 13 mei 2016 te Dordrecht, in/nabij het pand van de Jumbo Supermarkt aan de [adres delict] , tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het/de door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen
misdrijf/misdrijven om met het oogmerk om zich of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld (een) medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo en/of Supermarkt Jumbo te dwingen tot de afgifte van geld en/of goederen, geheel of ten den dele toebehorend aan die/een medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo en/of supermarkt Jumbo, in elk geval aan (een) ander(en) dan verdachte en/of zijn mededader(s),
en/of
om met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen geld en/of goederen, geheel of te dele toebehorende aan (een) medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo en/of Supermarkt Jumbo, in elk geval aan (een) ander(en) dan verdachte en/of zijn mededader(s), en deze diefstal te doen voorafgaan en/of vergezellen en/of volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt
Jumbo, één en ander met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf, hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, heeft gehandeld als volgt:
hij, verdachte, en/of (een) mededader(s), meermalen (telkens)
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo een (op een) vuurwapen(s)
(gelijkende voorwerp(en)) heeft/hebben getoond en/of voorgehouden en/of
daarmee heeft bedreigd, en/of
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo op dreigende toon de woorden
heeft toegevoegd: "Zitten" en/of "Waar is de kluis(sleutel)" en/of "Wie kan de
kluis openmaken", althans (telkens) woorden van gelijke aard en/of strekking,
en/of
- die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo heeft gedwongen mee te lopen
en/of
- vervolgens die medewerk(st)er(s) van (de) Supermarkt Jumbo (met tape)
heeft/hebben vastgebonden aan de arm(en)/hand(en) en/of (met tiewraps) aan een
verwarming(sbuis),
terwijl de uitvoering van dat/die voorgenomen misdrijf/misdrijven niet is voltooid.
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht