ECLI:NL:RBROT:2017:3109
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet en geheimhoudingsbeding in arbeidsrelatie
In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 7 april 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen SB Projects B.V. en een werknemer, aangeduid als [verweerder]. De werknemer was op 7 september 2016 in dienst getreden als projectmanager en had een arbeidsovereenkomst met SB Projects waarin geheimhoudings- en nevenwerkzaamhedenbedingen waren opgenomen. De werknemer heeft op 11 december 2016 zijn arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang opgezegd, stellende dat er sprake was van een dringende reden. SB Projects heeft hierop een verzoek ingediend tot schadevergoeding en betaling van verbeurde boetes wegens schending van het geheimhoudingsbeding.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen dringende reden was voor de werknemer om de arbeidsovereenkomst per direct te beëindigen. De werknemer had de mogelijkheid om het gesprek aan te gaan met SB Projects over zijn zorgen, maar heeft dit nagelaten. De kantonrechter oordeelde dat de werknemer zijn arbeidsovereenkomst onregelmatig had opgezegd, waardoor hij schadeplichtig was. De hoogte van de schadevergoeding werd vastgesteld op het loon over de periode van 11 december 2016 tot en met 31 december 2016, wat resulteerde in een bedrag van € 3.369,60.
Daarnaast oordeelde de kantonrechter dat de werknemer het geheimhoudingsbeding niet had overtreden, aangezien de gedownloade documenten geen bedrijfsgeheimen van SB Projects bevatten. De vordering van SB Projects tot betaling van een voorschot op verbeurde boetes werd afgewezen. De kantonrechter wees ook de vordering van de werknemer tot betaling van achterstallig salaris en eindafrekening toe, en veroordeelde SB Projects tot het opheffen van het conservatoir beslag op de woning van de werknemer. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten droeg.