ECLI:NL:RBROT:2016:5916
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- W.J.J. Wetzels
- M. Fiege
- H.J.M. van der Kaaij
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 31 mei 2016 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. H.B. Sodenkamp. Het wrakingsverzoek was gericht tegen mr. M. Munsterman, de teamvoorzitter en rechter in de rechtbank Rotterdam, afdeling publiek, bestuur team 2. De verzoekster had in haar wrakingsverzoek aangevoerd dat de rechter de schijn van niet-onpartijdigheid had gewekt door in een brief van 3 mei 2016 te mededelen dat er geen nadere stukken bij de verweerder zouden worden opgevraagd en dat dit pas ter zitting van 7 juni 2016 zou worden beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat de beslissing van de rechter niet onbegrijpelijk was en dat er geen zwaarwegende aanwijzingen voor vooringenomenheid waren. De vrees van de verzoekster voor vooringenomenheid werd niet objectief gerechtvaardigd geacht. De wrakingskamer benadrukte dat een onwelgevallige beslissing van een rechter op zichzelf geen grond voor wraking oplevert, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die wijzen op vooringenomenheid. De rechtbank concludeerde dat het wrakingsverzoek ongegrond was en wees het af.