3.1.De Gemeente Rotterdam c.s. vordert na wijziging van eis:
‘bij vonnis in conventie, steeds voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
1. CID Beheer en [gedaagde4] te veroordelen om binnen veertien dagen na het in dezen te wijzen vonnis kopieën te verstrekken aan eiseressen van alle facturen die zij aan de Gemeente Rotterdam en/of Divosa hebben verzonden tussen 1 oktober 2009 tot en met 1 januari 2012 onder gelijktijdige verstrekking van een overzicht van de data waarop de betreffende facturen door de Gemeente Rotterdam, danwel Divosa zijn betaald, op straffe van een dwangsom van EUR 10.000 per gedaagde, voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de betreffende gedaagde te laat is met het verstrekken van enige kopie van één of meer facturen en/of het overzicht, met een maximum van EUR 100.000 per gedaagde;
2 [gedaagde2] , Expertisz en Stichting +Confidence te veroordelen om binnen veertien dagen na het in dezen te wijzen vonnis kopieën te verstrekken aan eiseressen van alle facturen die zij aan de Gemeente Rotterdam, Divosa en/of één van de andere gedaagden hebben verzonden tussen 1 oktober 2009 tot en met 1 januari 2012 onder gelijktijdige verstrekking van een overzicht van de data waarop de betreffende facturen zijn betaald, op straffe van een dwangsom van EUR 10.000 per gedaagde, voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de betreffende gedaagde te laat is met het verstrekken van enige kopie van één of meer facturen en/of het overzicht, met een maximum van EUR 100.000 per gedaagde;
3 [gedaagde2] en Expertisz hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Divosa van een bedrag van EUR 211.820 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de in randnummer 92 van de dagvaarding genoemde data waarop de afzonderlijke facturen door Divosa zijn betaald, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
4 [gedaagde2] en Expertisz hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 224.910, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 8 december 2010, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum en te bepalen dat de vordering ter zake van de rente wordt verminderd met een bedrag van EUR 29.355,77;
5 Expertisz en [gedaagde2] hoofdelijk te veroordelen, althans Expertisz te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 468.265 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de in randnummer 9 van deze Akte genoemde data waarop de afzonderlijke facturen aan Expertisz zijn betaald, althans met ingang van 12 juni 2014, althans met ingang van 12 mei 2015, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum, met dien verstande dat indien en zodra de vorderingen sub 3, 4 en 7 van dit petitum volledig zijn voldaan, de Gemeente Rotterdam ter zake van deze vordering sub 5 niets te vorderen zal hebben;
6 Expertisz en [gedaagde2] hoofdelijk te veroordelen, althans Expertisz te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 28.915,43, althans een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 16 juni 2014, althans met ingang van 12 mei 2015, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
7 CID Beheer, [gedaagde2] , Expertisz, Stichting +Confidence en [gedaagde4] hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 426.765,20 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de in randnummer 92 van de dagvaarding genoemde data waarop de afzonderlijke facturen door de Gemeente Rotterdam zijn betaald, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
8 [gedaagde4] te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 226.260,06 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 22 december 2011, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
9 [gedaagde4] , [gedaagde2] en Expertisz hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 654.500 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de in randnummer 92 van de dagvaarding genoemde data waarop de afzonderlijke facturen door de Gemeente Rotterdam zijn betaald, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
10 Expertisz en [gedaagde2] hoofdelijk te veroordelen, althans Expertisz te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 99.960 te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 29 augustus 2011, althans met ingang van 16 juli 2014, althans met ingang van 12 mei 2015, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum, met dien verstande dat indien en zodra de vordering sub 9 van dit petitum volledig is voldaan, de Gemeente Rotterdam ter zake van deze vordering sub 10 niets te vorderen zal hebben;
11 [gedaagde4] te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 11.900, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 28 oktober 2010, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
12 [gedaagde4] te veroordelen tot betaling aan de Gemeente Rotterdam van een bedrag van EUR 10.913,81, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 18 oktober 2012, althans met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans met ingang van een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
13 Gedaagden hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan eiseressen van buitengerechtelijke kosten nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, althans een bedrag van EUR 8.195,75, althans een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de dag waarop deze dagvaarding is uitgebracht, althans een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen datum;
14 Gedaagden hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan eiseressen:
(a) aan nakosten als bedoeld in artikel 237 lid 4 Rv een bedrag van EUR 131 zonder betekening, verhoogd met een bedrag van EUR 68 in geval van betekening, met bepaling dat, als deze kosten niet binnen zeven dagen na de dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de achtste dag na dagtekening van het vonnis wettelijke rente is verschuldigd; en
(b) de kosten van deze procedure met bepaling dat, als deze kosten niet binnen zeven dagen na de dagtekening van het in dezen te wijzen vonnis worden voldaan, daarover vanaf de achtste dag na dagtekening van het vonnis, wettelijke rente is verschuldigd.’