ECLI:NL:RBROT:2015:2298
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Overtreding van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren door het aanbieden van een niet geschikt varken voor transport
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 3 april 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. M.J.J.E. Stassen, en de Staatssecretaris van Economische Zaken, vertegenwoordigd door mr.ing. H.D. Strookman. Eiseres kreeg een boete van € 1.500 opgelegd wegens een overtreding van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (Gwwd). De overtreding bestond uit het aanbieden van een varken voor export dat niet geschikt was voor transport, omdat het dier niet in staat was zich op eigen kracht pijnloos voort te bewegen. Dit werd vastgesteld door een toezichthoudend dierenarts van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), die op 24 juli 2013 een ernstig gewond varken ter keuring kreeg aangeboden. De rechtbank oordeelde dat de verklaring van de toezichthoudend dierenarts zwaar weegt en dat de bevindingen in het boeterapport voldoende gemotiveerd zijn. Eiseres voerde aan dat het boeterapport onvoldoende grond biedt voor de opgelegde boete, maar de rechtbank oordeelde dat de argumenten van eiseres niet voldoende waren om aan de juistheid van het boeterapport te twijfelen. De rechtbank concludeerde dat eiseres artikel 9 van de Regeling dierenvervoer 2007 had overtreden en dat de opgelegde boete terecht was.