In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft de besloten vennootschap Heuvelman Hout B.V. een vordering ingesteld tegen twee gedaagden, wonende te Vlaardingen, in verband met schade aan hun bergingen veroorzaakt door een vrachtwagen van Gebr. J. & W. de Jongh Transport B.V. De schade werd vastgesteld op € 1.833,15, en Heuvelman vorderde betaling van dit bedrag, vermeerderd met buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. De gedaagden betwistten de vordering en stelden dat zij geen opdracht hadden gegeven voor de herstelwerkzaamheden, en dat de factuur buitensporig hoog was.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vertegenwoordiger van de gedaagden, een bewoner van de straat, de schijn van volmacht heeft gewekt door contact op te nemen met Heuvelman voor een offerte voor herstelwerkzaamheden aan alle beschadigde bergingen. De rechter oordeelde dat Heuvelman gerechtvaardigd heeft vertrouwd op de volmachtverlening aan deze vertegenwoordiger, en dat de gedaagden gebonden zijn aan de offerte en de overeengekomen prijs. De kantonrechter wees de vordering van Heuvelman toe, met uitzondering van de gevorderde buitengerechtelijke kosten, omdat niet was aangetoond dat een kosteloze aanmaning was verzonden.
De rechter heeft de gedaagden veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente, en hen in de proceskosten veroordeeld. Dit vonnis benadrukt het belang van vertegenwoordiging en de gevolgen van schijn van volmacht in civiele zaken, vooral wanneer meerdere partijen betrokken zijn bij schadegevallen.