Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, gelet ook op de in zoverre niet betwiste inhoud van de in het geding gebrachte producties, staat tussen partijen - voor zover van belang - het volgende vast:
2.1
[eiser] was op 19 april 2009 eigenaar en bestuurder/schipper van een snelle motorboot, merk Cobalt type 263, kleur geel/zwart, lengte 8 m, registratienr. [X] (hierna: de Cobalt 263).
2.2
[gedaagde 1] was op 19 april 2009 bestuurder/schipper van een snelle motorboot merk Cobalt, type 343, kleur blauw/wit, lengte 11,35 m, registratienr. [Y] (hierna: de Cobalt 343).
2.3
Op zondag 19 april 2009 zijn [gedaagde 1] en [eiser], die bevriend waren, tezamen met vijf anderen (meest minderjarige familieleden) uit varen gegaan. [gedaagde 1] voer met drie passagiers aan boord van de Cobalt 343, [eiser] met twee passagiers op de Cobalt 263. Beide boten voeren gezamenlijk in de richting van de rivier de Lek.
2.4
Nadat beide boten uit de sluis bij Vreeswijk waren gekomen voer [gedaagde 1] achter [eiser]. Beide boten voeren stuurboord uit, de Lek op, met een snelheid van ongeveer 25 km/u. Het was daglicht, met goed zicht en goed, kalm weer.
2.5
Op het gedeelte van de Lek na het veer Vianen/Nieuwegein, was snel varen -sneller dan 20 km/u- met dit soort boten toegestaan. De Lek is daar openbaar vaarwater, waar onder meer het Rijnvaartpolitiereglement geldt.
2.6
Voor de brug bij Vianen voer [gedaagde 1] op zeker moment achter [eiser] in plané met een snelheid van ca. 75-80 km/u. Toen [gedaagde 1] met de Cobalt 343 in de hekgolf van de Cobalt 263 van [eiser] kwam heeft hij in de richting van de kiellijn van de Cobalt 263 gestuurd. [gedaagde 1] had toen beide handen aan het stuur en heeft geen gas teruggenomen. De Cobalt 343 is vervolgens over de Cobalt 263 heengevaren (hierna de aanvaring of het voorval).
2.7
De Cobalt 263 is na de aanvaring op de wal tot stilstand gekomen. Verschillende passagiers hadden lichte verwondingen. [eiser] bleek ten gevolge van het voorval ernstig gewond te zijn. Hij had onder meer een dubbele schedelbasisfractuur en diverse andere botbreuken.
2.8
[gedaagde 1] is directeur-grootaandeelhouder van [gedaagde 2]. De aanschaffactuur van de Cobalt 343 staat op naam van [gedaagde 2]. De RDW registratie van de Cobalt 343 is gesteld op naam van “[gedaagde 1]”.
2.9
Verzekeraars zijn de verzekeraars van [gedaagde 2] onder een Watersportverzekering WSP UGB. De polis vermeldt voor zover relevant dat sprake is van een uitgebreide dekking tegen wettelijke aansprakelijkheid, met een maximaal verzekerde som van € 5.000.000,=. In de algemene voorwaarden bij de verzekering wordt “Unigarant NV, voor rekening en risico van UVM Verzekeringsmaatschappij NV” aangeduid als verzekeraar.
In artikel 19 van de algemene voorwaarden, getiteld ‘algemene uitsluitingen’ is bepaald dat
“van de verzekering is uitgesloten een schadegebeurtenis (…) die is veroorzaakt of verergerd door opzet, al dan niet bewuste roekeloosheid of al dan niet bewuste merkelijke schuld van verzekeringnemer en/of verzekerde(n) en /of andere belanghebbende(n).” Onder verzekerde wordt ingevolge de polis en de bijbehorende voorwaarden, naast verzekering- nemer, verstaan de door verzekeringnemer gemachtigde gebruiker van het vaartuig en de met het vaartuig vervoerde personen.