ECLI:NL:RBROT:2012:BV9313
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- T. Damsteegt
- E.R. Houweling
- D. Brugman
- Rechtspraak.nl
Matiging van boete wegens overtredingen van de Wet arbeid vreemdelingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 15 maart 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap Cleve & Zonen B.V. en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van de minister, waarbij een boete van € 56.000,- was opgelegd wegens het in dienst hebben van zeven vreemdelingen zonder tewerkstellingsvergunning. Eiseres, Cleve & Zonen B.V., heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij zij betoogde dat de opgelegde boete te hoog was en dat er omstandigheden waren die tot matiging van de boete zouden moeten leiden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vreemdelingen in de periode van 1 september 2007 tot en met 30 november 2009 werkzaamheden hebben verricht zonder de vereiste vergunning. Eiseres heeft erkend dat de vreemdelingen zonder vergunning werkten, maar voerde aan dat de minister bij het vaststellen van de boete onvoldoende rekening had gehouden met de omstandigheden van het geval, zoals de korte periode waarin de overtredingen hebben plaatsgevonden en het feit dat dit de eerste overtreding was van eiseres.
De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd voor zover het de hoogte van de boete betreft. De rechtbank heeft de boete vastgesteld op € 51.000,- en bepaald dat de minister het betaalde griffierecht van € 302,- moet vergoeden. Tevens is de minister veroordeeld in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 874,-. De rechtbank heeft geoordeeld dat de minister de omstandigheden van de zaak niet voldoende had meegewogen bij het bepalen van de hoogte van de boete, en heeft zelf in de zaak voorzien door de boete te matigen.