ECLI:NL:RBROT:2008:BC4356
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.F.L.M. van der Grinten
- W.J.J. Wetzels
- A.J.P. van Essen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in civiele procedure betreffende ouderlijk gezag
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 13 februari 2008 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend tegen mr. [naam rechter], die tevens kinderrechter is. Het verzoek tot wraking werd gedaan door verzoeker, die zich in een civiele procedure bevond betreffende de wijziging van het ouderlijk gezag en de omgang met zijn minderjarige kinderen. Tijdens de zitting op 23 januari 2008 vroeg verzoeker om uitstel van de behandeling van de zaak, omdat hij geen rechtskundige bijstand had. De rechter wees dit verzoek af, wat volgens verzoeker een aanwijzing was voor partijdigheid. De wrakingskamer heeft het griffiedossier en het proces-verbaal van de zitting bestudeerd en vastgesteld dat de rechter geen onpartijdigheid heeft getoond. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van het uitstelverzoek, gezien de omstandigheden, geen zwaarwegende aanwijzing voor vooringenomenheid opleverde. De rechtbank benadrukte dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De rechtbank concludeerde dat verzoeker niet tijdig om uitstel had verzocht en dat de afwijzing van het verzoek om uitstel niet kon worden gezien als een aanwijzing voor vooringenomenheid. Het verzoek tot wraking werd daarom ongegrond verklaard.