BESLISSING
De rechtbank:
- verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 2 ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 3 subsidiair, 4, 5, 6 en 7 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
- verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
- stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
- verklaart de verdachte strafbaar;
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van twaalf (12) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot zes (6) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten;
- stelt daarbij een proeftijd vast van drie (3) jaren; de tenuitvoerlegging kan worden gelast indien:
- de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt;
- de veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarde niet naleeft;
- stelt als bijzondere voorwaarde:
- dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens de Stichting Reclassering Nederland, zolang deze instelling dit noodzakelijk vindt, welke aanwijzingen kunnen inhouden dat de verdachte zich zal onderwerpen aan een ambulante behandeling/therapie;
- verstrekt aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht aan de veroordeelde hulp en steun te verlenen bij de naleving van de voorwaarde;
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
- heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van heden;
- wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe en veroordeelt de verdachte tegen kwijting aan [X], wonende te [adres] [woonplaats], te betalen € 300,-- (zegge: driehonderd euro);
- veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door deze bena-deelde partij gemaakt en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij toe en veroordeelt de verdachte tegen kwijting aan mevrouw [Y], wonende te [adres] [woonplaats], te betalen € 1.399,63 (zegge: éénduizend driehonderd negenennegentig euro en drieënzestig eurocent);
- veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door deze benadeelde partij gemaakt en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de schadevergoedingsmaatregel op, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partijen voornoemd te betalen in totaal € 1.699,63 (zegge: éénduizend zeshonderd negenennegentig euro en drieënzestig eurocent), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van dertig (30) dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft;
- verstaat dat betaling aan de benadeelde partij tevens geldt als betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd;
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een tot een geldboete van € 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 4 dagen hechtenis;
Ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een tot een geldboete van € 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 4 dagen hechtenis;
Ten aanzien van het onder 5 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een tot een geldboete van € 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 4 dagen hechtenis;
Ten aanzien van het onder 6 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een tot een geldboete van € 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 4 dagen hechtenis;
Ten aanzien van het onder 7 ten laste gelegde
- veroordeelt de verdachte tot een tot een geldboete van € 200,-- (zegge: tweehonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 4 dagen hechtenis.