Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De procedure
2.Samenvatting
3.De feiten
e-mailbericht van 18 juni 2025 heeft [eiser] hierop gereageerd en (kort gezegd en onder meer) het standpunt ingenomen dat de aankondigingstermijn van 14 dagen ter zake de oplevering niet in acht is genomen, dat zij een vooroplevering wenst, dat diverse punten nog niet zijn afgemaakt dan wel hersteld, dat pas mag worden gefactureerd als het onderliggende werk deugdelijk is afgerond, wat nog niet het geval, is en dat de factuur betreffende meerwerk wordt betwist.
4.Het geschil
- [gedaagde] gebiedt om haar onjuiste omgevingsvergunningsaanvraag (waarop vervolgens de omgevingsvergunning is verleend voor de bouw van de woning van [eiser]) binnen
- [gedaagde] veroordeelt in de (na)kosten van deze procedure, vermeerderd met de wettelijke rente daarover.
5.De beoordeling
5.9. Om te bereiken dat er wordt opgeleverd en de sleutels worden afgegeven kan [eiser] dus maximaal 5% van de aanneemsom inhouden. De aanneemsom bedraagt € 426.602,37. Dit betekent dat [eiser] maximaal € 21.330,12 mag inhouden door depotstorting bij een notaris. Niet in geschil is dat de termijnen 2, 5, 6 en 7 van de aanneemsom nog niet (volledig) zijn voldaan. Dit betreft in totaal een bedrag van € 106.770,60. Dat betekent dat [eiser] voor oplevering een bedrag van € 85.440,48 moet voldoen.
3x peilkozijn begane grond afstellen (HEBO), draai en draaikiep is door elkaar”wordt namelijk vermeld:
“openstaand, dient servicedienst van HEBO in onderhoudsperiode te doen". Met de door [eiser] overgelegde productie 29 wordt naar het oordeel van de voorzieningenrechter onvoldoende inzichtelijk wat [eiser] met [gedaagde] dan wel Hebo heeft afgesproken. Uit de onderliggende correspondentie valt af te leiden dat Hebo op diverse punten nadere informatie heeft opgevraagd dan wel opmerkingen heeft gemaakt bij de opmerkingen/wensen van [eiser]. Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, is de vordering op dit onderdeel te onduidelijk om te worden toegewezen, ook al om executieproblemen te voorkomen. Bovendien zijn deze door [eiser] gestelde gebreken naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter ook niet zodanig dat deze aan oplevering van de woning in de weg staan. Dat dit anders is, heeft [eiser] onvoldoende (onderbouwd) gesteld. Dat zij het niet wenselijk acht dat er nog (herstel)werkzaamheden worden uitgevoerd nadat zij de woning heeft betrokken, is daartoe onvoldoende. Daar komt bij dat [eiser] tijdens de mondelinge behandeling juist heeft benadrukt dat zij belang heeft bij spoedige afgifte van de sleutels.
€ 21.330,12, (inclusief btw) in depot heeft gesteld bij notaris VWZ Notarissen te Tubbergen en het resterende openstaande bedrag van de aanneemsom, te weten het bedrag van
€ 85.440,48 (inclusief btw) moet hebben voldaan aan [gedaagde]. De in dit verband gevorderde dwangsom zal op na te melden wijze worden toegewezen, waarbij de dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd.
21 dagen na betekening van dit vonnis [eiser] in het bezit te stellen van een door haar opgestelde en ondertekende verklaring waarin zij duidelijk maakt dat de buitenunit voor de warmtepomp op de garage van de woning van [eiser] kon worden geplaatst zonder dat er sprake is van overschrijding van de geluidsnormen omdat de buitenunit is voorzien van een omkasting. Met deze verklaring kan [eiser] haar bezwaar tegen de verleende omgevings-vergunning voorzien van gronden. De in dit verband gevorderde dwangsom zal op na te melden wijze worden toegewezen, waarbij er sprake zal zijn van matiging en maximering.