ECLI:NL:RBOVE:2025:3563
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening n.a.v. afwijzing aanvraag om bijstand en terugvordering verstrekte voorschotten
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 3 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker had een aanvraag om bijstand ingediend, die door het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal was afgewezen. Tevens was er een terugvordering van verstrekte voorschotten aan de verzoeker aan de orde. De voorzieningenrechter oordeelde dat er voldoende spoedeisend belang was, aangezien verzoeker sinds februari 2025 geen uitkering meer had ontvangen, met uitzondering van één voorschot dat nu werd teruggevorderd. De voorzieningenrechter heeft het verzoek toegewezen en het bestreden besluit geschorst, waardoor het college verplicht werd om vanaf 19 mei 2025 voorschotten te verstrekken aan verzoeker, tot vier weken na de bekendmaking van de beslissing op bezwaar. De voorzieningenrechter benadrukte dat verzoeker tijdens de bezwaarprocedure volledige openheid van zaken moet geven over zijn financiële situatie, inclusief zijn bankrekeningen en crypto-activiteiten. De voorzieningenrechter heeft het college ook veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, die in totaal € 1.814,- bedragen.