ECLI:NL:RBOVE:2025:2136

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
8 april 2025
Publicatiedatum
8 april 2025
Zaaknummer
11226248 \ CV EXPL 24-1538
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hogere energietarieven na faillissement van Welkom Energie en overname door Eneco

In deze zaak had eiser een contract met Welkom Energie voor de levering van energie. Na het faillissement van Welkom Energie werd het klantenbestand overgedragen aan Eneco, die hogere tarieven in rekening bracht dan oorspronkelijk met Welkom Energie was overeengekomen. Eiser betwistte de rechtmatigheid van deze hogere tarieven. De kantonrechter oordeelde dat de wetgever een regeling heeft getroffen om te voorkomen dat consumenten zonder energie komen te zitten bij faillissement van een energieleverancier. De kantonrechter concludeerde dat Eneco gerechtigd was om nieuwe tarieven te hanteren, aangezien er een nieuw contract tot stand was gekomen. Eiser had de mogelijkheid om het contract op te zeggen, maar koos ervoor om klant bij Eneco te blijven. De vorderingen van eiser werden afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 11226248 \ CV EXPL 24-1538
Vonnis van 8 april 2025
in de zaak van
[eiser],
te [woonplaats],
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser],
gemachtigde: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V.,
tegen
ENECO CONSUMENTEN B.V.,
te Rotterdam,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Eneco,
gemachtigde: mr. G.A. de Jongh.

1.Samenvatting

1.1.
[eiser] had een contract met Welkom Energie voor de levering van energie. Welkom Energie is failliet gegaan en heeft haar klantenbestand aan Eneco overgedragen. Eneco heeft hogere tarieven bij [eiser] in rekening gebracht dan [eiser] met Welkom Energie was overeengekomen. Partijen discussiëren over de vraag of dat mocht.
1.2.
De kantonrechter concludeert dat dit mocht. Het is begrijpelijk dat [eiser] het er niet mee eens is dat hij een nieuw contract met een andere energieleverancier opgelegd heeft gekregen. Dit is echter de regeling waar de wetgever voor heeft gekozen. Het doel van deze regeling is om te voorkomen dat consumenten zonder energie komen te zitten als een energieleverancier omvalt. Zonder deze regeling zou [eiser] namelijk helemaal geen energiecontract meer hebben gehad. Zijn energieleverancier is immers failliet gegaan en dat komt – hoe vervelend ook – voor risico van [eiser] als contractspartij.
1.3.
Uit de regeling blijkt niet dat Eneco de tarieven van Welkom Energie had moeten overnemen. Er is een nieuw contract tot stand gekomen en Eneco kon eenzijdig nieuwe tarieven bepalen. Dat [eiser] daar geen keuze in heeft gehad, is volgens de wetgever de prijs die moet worden betaald voor de leveringszekerheid van energie. Eneco heeft [eiser] zo snel mogelijk geïnformeerd over de nieuwe tarieven en heeft geen onredelijke tarieven in rekening gebracht. [eiser] had het contract kunnen opzeggen, maar heeft er zelf voor gekozen om twee jaar lang klant bij Eneco te blijven.
1.4.
De vorderingen van [eiser] worden dus afgewezen.

2.De procedures

2.1.
Het verloop van de procedures blijkt uit:
- de dagvaarding met producties
- de conclusie van antwoord producties
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald
- de mondelinge behandeling van 5 maart 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
- de spreekaantekeningen van [eiser]
- de spreekaantekeningen van Eneco.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
[eiser] heeft een energiecontract met Welkom Energie B.V. afgesloten voor de periode van 10 september 2021 tot en met 9 september 2022. Zij zijn vaste leveringstarieven en een welkomstbonus van € 180,00 overeengekomen. Op de overeenkomst zijn de Algemene Voorwaarden voor de levering van elektriciteit en gas aan kleingebruikers (versie 2017) van toepassing verklaard.
3.2.
Welkom Energie was niet meer in staat om aan haar verplichtingen tegenover haar klanten te voldoen. Op 15 oktober 2021 heeft zij aan de Autoriteit Consumenten en Markt (ACM) medegedeeld dat zij voornemens was om haar klantenbestand te laten overnemen door Eneco.
3.3.
Op 25 oktober 2021 heeft de ACM besloten dat Eneco het klantenbestand van Welkom Energie mocht overnemen. Op diezelfde datum heeft Welkom Energie de ACM verzocht haar vergunningen voor het leveren van elektriciteit en gas aan kleinverbruikers per 1 november 2021 in te trekken. Op 26 oktober 2021 heeft de ACM besloten de vergunningen per 1 november 2021 in te trekken.
3.4.
Op 27 oktober 2021 heeft Welkom Energie per e-mail aan [eiser] medegedeeld dat zij haar bedrijf moet beëindigen, dat Eneco haar klantenbestand overneemt en dat [eiser] automatisch een nieuw contract krijgt bij Eneco.
3.5.
Op 29 oktober 2021 is Welkom Energie op eigen verzoek failliet verklaard.
3.6.
Op 5 november 2021 heeft Eneco per e-mail aan [eiser] medegedeeld dat zij alle klanten van Welkom Energie heeft overgenomen en dat zij door de hoge energieprijzen niet kan voorkomen dat hij meer moet betalen dan bij Welkom Energie. Eneco heeft [eiser] geïnformeerd over de nieuwe tarieven en de nieuwe voorwaarden, waaronder de opzegtermijn.

4.Het geschil

4.1.
[eiser] vordert – samengevat – dat Eneco bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld tot betaling van:
  • een schadebedrag van € 1.968,20, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 november 2023 tot de dag van volledige betaling,
  • de buitengerechtelijke incassokosten van € 357,23,
  • de proceskosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
4.2.
[eiser] stelt dat Eneco aansprakelijk is voor de extra kosten die hij heeft gehad omdat Eneco hogere tarieven in rekening heeft gebracht dan de met Welkom Energie overeengekomen tarieven en de welkomstbonus.
4.3.
Eneco voert verweer. Zij concludeert tot afwijzing van de vorderingen van [eiser], met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [eiser] in de kosten van deze procedure.

5.De beoordeling

5.1.
Eneco heeft [eiser] als klant overgenomen van Welkom Energie. Partijen voeren discussie over de vraag of Eneco de tussen Welkom Energie en [eiser] afgesproken energietarieven had moeten overnemen of dat zij haar eigen (hogere) tarieven in rekening mocht brengen.
Regels om te voorkomen dat kleinverbruikers zonder energie komen te zitten
5.2.
Als een energieleverancier failliet gaat, zouden consumenten zonder elektriciteit en gas kunnen komen te zitten. Om dit te voorkomen, zijn regels vastgelegd voor het voortzetten van de energielevering door andere energieleveranciers. De belangrijkste regels zijn vastgelegd in artikel 2 van het Besluit leveringszekerheid Elektriciteitswet 1998 (BLE) en artikel 3 van het Besluit leveringszekerheid Gaswet (BLG).
Vrijwillige overname
5.3.
Bij faillissementen is het niet ongebruikelijk dat het klantenbestand van een bedrijf wordt verkocht aan een ander bedrijf. In lid 5 sub b van de genoemde artikelen is dan ook bepaald dat als de leveringsvergunningen van een energieleverancier worden ingetrokken, zij haar klantenbestand kan overdragen aan één of meer andere energieleveranciers die de energielevering kunnen voortzetten. Er is dan sprake van een vrijwillige overname. Dit kan tot en met tien werkdagen nadat de ACM het besluit heeft genomen om de leveringsvergunningen in te gaan trekken of – als dat eerder is – tot de datum waarop de leveringsvergunningen daadwerkelijk zijn ingetrokken. Dit wordt de eerste vensterperiode genoemd.
Gedwongen overname
5.4.
In lid 6 sub b staat dat als het klantenbestand binnen deze eerste vensterperiode niet is overgedragen, de landelijke netbeheerder ervoor moet zorgen dat de energielevering aan de klanten wordt voortgezet. De landelijke netbeheerder moet de klanten dan verdelen over de overige energieleveranciers. Dit is dus een gedwongen overname. In lid 6 sub c staat dat de nieuwe energieleverancier de energielevering in dat geval voortzet met een overeenkomst voor onbepaalde tijd en onder zijn voorwaarden. De energieleverancier kan dus eenzijdig nieuwe tarieven bepalen en de klant kan het nieuwe contract met een opzegtermijn van dertig dagen kosteloos opzeggen.
Wat hebben Welkom Energie en Eneco gedaan?
5.5.
In oktober 2021 dreigde Welkom Energie om te vallen. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft zij gedaan wat op dat moment van haar mocht worden verwacht. Zij heeft de ACM namelijk gemeld dat zij niet meer in staat was om aan haar verplichting tot energielevering te voldoen en heeft haar verzocht de leveringsvergunningen in te trekken. De ACM heeft op 26 oktober 2021 de vergunningen per 1 november 2021 ingetrokken.
5.6.
Op grond van de BLE en BLG mocht Welkom Energie haar klantenbestand tot 1 november 2021 dus nog overdragen aan een andere energieleverancier. Dat heeft zij ook gedaan. Zij heeft haar klantenbestand overgedragen aan Eneco, met goedkeuring van de ACM. Welkom Energie heeft dit zo snel mogelijk aan [eiser] medegedeeld, namelijk de dag nadat de ACM haar goedkeuring heeft verleend.
5.7.
Op 5 november 2021 heeft Eneco [eiser] geïnformeerd over de nieuwe overeenkomst tussen hen, de nieuwe tarieven en voorwaarden en de opzegtermijn.
Is er sprake van contractsovername?
5.8.
[eiser] stelt dat Eneco het contract tussen hem en Welkom Energie heeft overgenomen en dat zij zich daarom ook aan de tarieven van het contract moet houden.
In artikel 2.12 van de Algemene Voorwaarden die van toepassing zijn op de overeenkomst tussen Welkom Energie en [eiser] staat:
“Onze overeenkomst eindigt als de overheid onze leveringsvergunning(en) intrekt. De overheid heeft geregeld dat andere partijen de levering overnemen.”.Volgens [eiser] is deze bepaling echter nietig of vernietigbaar, omdat die in strijd is met de regels van de BLE en BLG. Volgens hem wordt de overeenkomst op grond van de BLE en BLG namelijk niet beëindigd, maar overgenomen.
5.9.
Eneco betwist dat deze bepaling nietig of vernietigbaar is en betwist dat zij de tarieven van Welkom Energie had moeten overnemen.
5.10.
De kantonrechter is van oordeel dat bij overname van de energielevering op grond van de BLE en BLG geen sprake is van overname van het contract zoals bedoeld in artikel 6:159 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Voor contractsovername is namelijk medewerking van de klant nodig en dat is voor de regeling op grond van de BLE en BLG niet vereist. Het gaat hier om een specifieke situatie waarvoor de wetgever een regeling heeft gemaakt die afwijkt van de regeling voor contractsovername. Klanten krijgen hierdoor een nieuw contract met een andere energieleverancier. Zij hebben daar weliswaar geen keuze in, maar dat is de prijs die volgens de wetgever moet worden betaald voor de leveringszekerheid van energie. Hiermee wordt immers voorkomen dat consumenten na het omvallen van hun energieleverancier plotseling zonder contract en dus zonder energie komen te zitten. Bovendien kan het contract worden opgezegd met een opzegtermijn van dertig dagen. De consument zit dus slechts dertig dagen aan het “opgelegde” contract vast.
5.11.
De kantonrechter wijst het beroep op nietigheid of vernietiging van artikel 2.12 van de Algemene Voorwaarden af. Deze bepaling verwijst juist naar de regeling die is opgenomen in de BLE en BLG, die is bedoeld om consumenten te beschermen. Er is dus geen sprake van strijd met de BLE of BLG of van een onredelijk bezwarend beding.
Moeten bij een vrijwillige overname de oorspronkelijke tarieven worden overgenomen?
5.12.
[eiser] stelt dat een energieleverancier de overeenkomst alleen onder zijn eigen voorwaarden mag voortzetten als er sprake is van een gedwongen overname (zoals bedoeld in lid 6 sub b en c van artikel 2 BLE en van artikel 3 BLG). Volgens hem mag dat niet wanneer de energieleverancier het klantenbestand vrijwillig overneemt (zoals bedoeld in lid 5 sub b van artikel 2 BLE en van artikel 3 BLG), zoals hier het geval is. Eneco had de oorspronkelijke tarieven volgens hem moeten overnemen. Eneco betwist dat.
5.13.
Naar het oordeel van de kantonrechter was Eneco niet verplicht om de tarieven van Welkom Energie over te nemen. De kantonrechter legt hierna uit waarom.
5.14.
Het feit dat een energieleverancier er vrijwillig voor kiest om de energielevering over te nemen, maakt nog niet dat de oorspronkelijke tarieven ook moeten worden overgenomen. Dat staat namelijk niet in lid 5 van artikel 2 BLE en van artikel 3 BGE. Dat hierin niet uitdrukkelijk vermeld staat dat de energieleverancier
welhaar eigen voorwaarden mag toepassen – zoals in lid 6 sub c – betekent nog niet dat de wetgever heeft bedoeld dat dat
nietmag. Uit de toelichting op de BLE en BLG blijkt niet dat de wetgever dit bij de vrijwillige overname bewust anders heeft willen regelen dan bij de gedwongen overname.
5.15.
Inmiddels is een wetswijziging aangenomen die op 1 januari 2026 in werking zal treden. Hierin staat wel dat het overnemen van leveringsovereenkomsten in de eerste vensterperiode onder de voorwaarden en tarieven van de bestaande overeenkomsten moet plaatsvinden. Deze wijziging heeft echter geen terugwerkende kracht en zegt dus niets over hoe de situatie op dit moment is. Dat deze wijziging in het door [eiser] genoemde consultatieverslag een “verduidelijking” is genoemd, betekent nog niet dat de wetgever dit altijd al zo bedoeld heeft. In ditzelfde consultatieverslag is de wijziging namelijk ook een “aanpassing” genoemd. Nergens blijkt verder uit dat de wetgever de regeling op dit moment al zo bedoeld heeft. Naar het oordeel van de kantonrechter moet dit dan ook als een wijziging worden gezien die pas vanaf 1 januari 2026 zal gelden. Op dit moment mogen bij een vrijwillige overname dus nog eenzijdig nieuwe tarieven worden bepaald. Dit standpunt wordt ook ondersteund door de ACM, de Nationale Ombudsman, de GeschillencommissieEnergie en het gerechtshof ’s-Hertogenbosch (ECLI:NL:GHSHE:2024:1330).
5.16.
Het is begrijpelijk dat [eiser] het er niet mee eens is dat hij een contract opgelegd heeft gekregen met hogere tarieven. Dit is echter de regeling waar de wetgever voor heeft gekozen. Het voornaamste doel van de BLE en BLG is niet om consumenten te beschermen tegen prijsstijgingen, maar om hen te beschermen tegen het plotseling stoppen van de levering van elektriciteit en gas. Het alternatief – zonder deze regeling – zou zijn geweest dat [eiser] helemaal geen contract meer zou hebben gehad. Zijn energieleverancier is immers failliet gegaan en dat komt – hoe vervelend ook – voor risico van [eiser] als contractspartij. Zonder de BLE en BLG zou hij geen elektriciteit en gas meer hebben gehad en zou hij direct zelf op zoek moeten zijn gegaan naar een nieuwe energieleverancier. In dat geval zou hij ook afhankelijk zijn geweest van de tarieven die op dat moment door andere energieleveranciers werden aangeboden. En zoals [eiser] zelf op de mondelinge behandeling heeft gezegd, waren de tarieven overal hoog.
Heeft Eneco onredelijke tarieven in rekening gebracht?
5.17.
De kantonrechter overweegt dat niet is gebleken dat Eneco onredelijke tarieven bij [eiser] in rekening heeft gebracht. Van Eneco kon niet worden verwacht dat zij energie bleef leveren tegen dezelfde tarieven als Welkom Energie. Deze tarieven waren namelijk juist de reden waarom Welkom Energie failliet is gegaan.
5.18.
Welkom Energie maakte namelijk al vaste tariefafspraken met haar klanten, voordat zij de te leveren energie daadwerkelijk had ingekocht. Dit in tegenstelling tot energieleveranciers zoals Eneco, die van tevoren energie inkopen om er zeker van te zijn dat zij energie kunnen leveren tegen de afgesproken prijs. De werkwijze van Welkom Energie werkt goed als de energieprijzen dalen. De energie kan dan namelijk goedkoper worden ingekocht dan waarvoor deze is verkocht. Toen de energieprijzen eind 2021 explosief begonnen te stijgen, was deze werkwijze echter niet meer houdbaar. De prijzen voor de inkoop van de energie waren toen veel hoger dan de bedragen waarvoor Welkom Energie de energie al had verkocht.
5.19.
Eneco heeft onbetwist gesteld dat toen zij de klanten van Welkom Energie overnam, zij nog energie moest inkopen om aan hen te kunnen leveren. Zoals gezegd, waren de prijzen op dat moment flink gestegen. Het is dan ook niet onredelijk dat Eneco hogere tarieven aan [eiser] in rekening heeft gebracht dan [eiser] met Welkom Energie was overeengekomen. De ACM heeft de tarieven als redelijk beoordeeld.
Heeft Eneco haar informatieplicht geschonden?
5.20.
[eiser] stelt dat Eneco oneerlijk heeft gehandeld door niet aan haar (pre)contractuele informatieplichten te voldoen. Eneco heeft hem voor het sluiten van de overeenkomst namelijk niet geïnformeerd over de tarieven en voorwaarden, waardoor hij daar geen weloverwogen keuze over heeft kunnen maken. Hij vordert daarom schadevergoeding. Eneco betwist dat zij haar informatieplichten heeft geschonden.
5.21.
De kantonrechter is het met Eneco eens dat het voor haar niet mogelijk was om [eiser] voorafgaand aan de overeenkomst te informeren over de tarieven en voorwaarden. Zij kreeg namelijk plotseling een grote hoeveelheid nieuwe klanten (meer dan 90.000) te verwerken en moest op zeer korte termijn voor al deze klanten energie inkopen. Het was daarom niet mogelijk om de tarieven en voorwaarden eerder te communiceren. Naar het oordeel van de kantonrechter is daarom geen sprake van een schending van de informatieplicht. Eneco had namelijk niet meer kunnen doen dan zij heeft gedaan. Bovendien had [eiser] – ook als hij eerder was geïnformeerd over de tarieven en voorwaarden – het contract niet kunnen weigeren. Hij had het contract op z’n vroegst na dertig dagen kunnen beëindigen. [eiser] is vijf dagen na het ingaan van het contract geïnformeerd over de tarieven en voorwaarden. Hij heeft er daarna zelf voor gekozen om nog twee jaar klant bij Eneco te blijven.
Heeft [eiser] gedwaald?
5.22.
[eiser] stelt ten slotte dat hij heeft gedwaald, omdat hij bij het sluiten van het contract met Eneco een onjuiste voorstelling van zaken had. Van dwaling is sprake als iemand een overeenkomst bij een juiste voorstelling van zaken niet zou hebben gesloten. Zelfs als er sprake was van een onjuiste voorstelling van zaken, kon [eiser] de overeenkomst in dit geval echter niet weigeren. Er kan dus geen sprake van dwaling zijn.
Conclusie: Eneco mocht hogere tarieven in rekening brengen
5.23.
De kantonrechter concludeert dat Eneco de door haar in rekening gebrachte (hogere) tarieven in rekening mocht brengen en dat zij geen schadevergoeding aan [eiser] verschuldigd is. De vorderingen van [eiser] zullen daarom worden afgewezen.
Proceskosten
5.24.
[eiser] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Eneco worden begroot op:
- salaris gemachtigde
408,00
(2 punten × € 204,00)
- nakosten
135,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
totaal
543,00
5.25.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
wijst de vorderingen van [eiser] af,
6.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten van € 543,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [eiser] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
6.3.
veroordeelt [eiser] tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
6.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. U. van Houten en in het openbaar uitgesproken op 8 april 2025.