Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknummer 10171488 \ CV EXPL 22-2702)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- het tegen [geïntimeerde] verleende verstek;
- de memorie van grieven met producties 1 tot en met 4.
3.De beoordeling
- Is een energieleverancier, die het klantenbestand van een gefailleerde andere energieleverancier op de voet van artikel 2 lid 5 van het Besluit leveringszekerheid Elektriciteitswet 1998 en artikel 3 lid 5 van het Besluit leveringszekerheid Gaswet vrijwillig heeft overgenomen, daarbij gebonden aan de door de gefailleerde energieleverancier gehanteerde voorwaarden en tarieven?
- Moet een gedeeltelijke vernietiging van de nieuwe energieleveringsovereenkomst, en dus een gedeeltelijke vermindering van de prijs, plaatsvinden omdat de nieuwe energieleverancier niet vóór de totstandkoming van de nieuwe energieleveringsovereenkomst aan de consument essentiële informatie heeft verstrekt over de voorwaarden van de energieleveringsovereenkomst?
- a. [geïntimeerde] heeft voor de levering van gas en elektriciteit voor zijn woning aan [adres] te [woonplaats] een contract gehad met Anode Energie, ook wel handelend onder de naam Kleinverbruik Energie der Nederlanden B.V. (hierna: Anode). Anode maakte voor haar contact met haar klanten gebruik van tussenpersoon Gezinsenergie.
- b. Anode is bij vonnis van de rechtbank Rotterdam van 3 december 2021 failliet verklaard. Vanwege het faillissement heeft de Autoriteit Consument & Markt (hierna: ACM) de leveringsvergunningen van Anode om energie te mogen leveren ingetrokken.
- c. De curator van Anode heeft vervolgens het klantenbestand (kleinverbruikers) van Anode op de voet van 2 lid 5 onder b van het Besluit leveringszekerheid Elektriciteitswet 1998 (hierna: BLE) en artikel 3 lid 5 onder b van het Besluit leveringszekerheid Gaswet (hierna: BLG) verkocht en overgedragen aan [appellante] .
- d. [appellante] heeft met ingang van 13 december 2021 gas en elektriciteit geleverd aan onder meer [geïntimeerde] . [appellante] maakt gebruik van dezelfde tussenpersoon als Anode: Gezinsenergie.
- e. Gezinsenergie heeft een e-mail gedateerd 13 december 2021 opgesteld, gericht aan de overgenomen klanten van Anode, waarin zij schrijft dat Anode failliet is, dat zij met [appellante] de klanten van Anode heeft overgenomen en dat zij per 13 december 2021 energie zal gaan leveren. In deze e-mail, waarin [appellante] is aangeduid als [handelsnaam], staat onder meer het volgende:
- g. Op 12 januari 2022 heeft Gezinsenergie aan [geïntimeerde] per e-mail een ‘herinnering’ gestuurd voor een openstaand saldo van € 573,03. Dat bedrag heeft de voorschotnota over de periode van 13 december 2021 tot 1 januari 2022. Op 17 januari 2022 heeft Gezinsenergie aan [geïntimeerde] per e-mail een ‘aanmaning’ voor het bedrag van € 573,03 gezonden.
- h. Op 21 februari 2022 heeft Gezinsenergie aan [geïntimeerde] per e-mail een ‘Laatste betaalmogelijkheid’ gestuurd voor een openstaand saldo van € 754,00 plus € 7,50 aanmaankosten. Dit saldo betreft de voorschotnota over de periode van 1 januari 2022 tot 1 februari 2022.
- i. Gezinsenergie heeft [geïntimeerde] voor de voorschotbedragen € 573,03 inclusief btw en € 754,00 creditfacturen gestuurd, beide gedateerd 24 februari 2022. In aansluiting daarop heeft Gezinsenergie op 1 maart 2022 heeft een eindnota opgesteld over de periode 13 december 2021 tot en met 26 januari 2022, waarin geen rekening is gehouden met de aanvankelijk in rekening gebrachte maar vervolgens gecrediteerde voorschotten. Deze eindnota beloopt € 1.787,56. [geïntimeerde] heeft de eindnota niet betaald.
- j. Op 19 april 2022 heeft Gezinsenergie aan [geïntimeerde] per e-mail een ‘vooraankondiging beëindiging levering’ gestuurd. Volgens die e-mail is [geïntimeerde] € 1.787,56 verschuldigd ter zake de levering van energie in de periode van 13 december 2021 tot en met 26 januari 2022, alsmede € 7,50 ter zake aanmaankosten.
- k. Op 25 april 2022 heeft Gezinsenergie aan [geïntimeerde] per e-mail een ‘slotbrief eindnota’ gezonden, waarin [geïntimeerde] is gesommeerd het openstaande bedrag van € 1.787,56 en de aanmaankosten van € 7,50 alsnog te voldoen.
- l. Bij brief van 5 mei 2022 heeft Gezinsenergie [geïntimeerde] verzocht het openstaande bedrag van € 1.787,56 alsnog te voldoen binnen vijftien dagen nadat deze brief is bezorgd, met de aanzegging dat bij het uitblijven van tijdige betaling buitengerechtelijke kosten in rekening worden gebracht.
- een hoofdsom van € 1.787,56, vermeerderd met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 21 september 2022;
- € 19,39 aan wettelijke rente over de hoofdsom, berekend tot en met 20 september 2022;
- € 268,13 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- [appellante] heeft in de periode van 13 december 2021 tot en met 26 januari 2022 in totaal 709,0 kWh elektriciteit en 516,0 m3 gas aan [geïntimeerde] geleverd, zoals op de eindnota van 1 maart 2022 staat vermeld (rov. 4.1).
- Het BLE en het BLG bepalen niet dat een energieleverancier die klanten overneemt, daarbij eigen voorwaarden en tarieven mag hanteren (rov. 4.2 eerste deel).
- Voor zover de e-mail van [appellante] van 13 december 2021 kan worden gezien als een aanbod tot het aangaan van een nieuwe overeenkomst, is niet gebleken van een aanvaarding daarvan door [geïntimeerde] (rov. 4.2, tweede deel).
- Het door [geïntimeerde] te betalen bedrag moet dus in redelijkheid worden vastgesteld. De kantonrechter zal daartoe aansluiting zoeken bij de door het CBS voor de betreffende periode vastgestelde gemiddelde energietarieven. De kantonrechter zal schattenderwijs € 750,-- toewijzen voor de door [appellante] aan [geïntimeerde] geleverde energie (rov. 4.3).
- De wettelijke rente zal worden toegewezen vanaf 14 dagen na dagtekening van het vonnis (rov. 4.4).
- De vordering ter zake buitengerechtelijke kosten moet worden afgewezen (rov. 4.5).
- Omdat partijen over en weer deels in het (on)gelijk zijn gesteld, worden de proceskosten gecompenseerd, in die zin dat elke partij de eigen kosten moet dragen (rov. 4.6).
- [geïntimeerde] veroordeeld om aan [appellante] € 750,-- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag met ingang van 14 dagen na dagtekening van het vonnis;
- het vonnis in zoverre uitvoerbaar bij voorraad verklaard;
- de proceskosten gecompenseerd, aldus dat elke partij de eigen proceskosten moet dragen;
- het meer of anders gevorderde afgewezen.
- [appellante] kreeg er in december 2022 vanwege de overname van de klanten van Anode plotseling een groot aantal klanten bij. Als gevolg daarvan moet [appellante] op korte termijn een grote hoeveelheid energie inkopen om de overgenomen klanten van energie tegen een vaste prijs te kunnen voorzien. De energietarieven waren op dat moment zeer hoog en [appellante] moest daarmee rekening houden bij het aan de overgenomen klanten in rekening te brengen tarief.
- Als [appellante] dat niet zou mogen, zou de overname voor haar een aanzienlijk financieel nadeel betekenen, hetgeen in strijd is met doel en strekking van het BLE en het BLG.
- De tarieven voor kleinverbruikers worden gecontroleerd door de ACM, en de ACM heeft de tarieven die [appellante] in de onderhavige periode hanteerde niet aangepast. De tarieven zijn daarom als redelijk te kwalificeren.
- In uitspraken van de Geschillencommissie Energie is geoordeeld dat de energieleverancier die vrijwillig klanten van een gefailleerde energieleverancier overneemt, niet gebonden is aan de tarieven die de gefailleerde energieleverancier hanteerde.
- De ACM heeft naar aanleiding van uitspraken over deze materie een bericht doen uitgaan waarin zij stelt dat klanten die bij een faillissement van een energieleverancier zijn overgenomen door een andere leverancier, niet automatisch recht hebben op de tarieven uit hun oude contract.
2. Meer dan drie voldoende ernstige schendingen van de essentiële informatieplichten worden gesanctioneerd met een vermindering van 50% van de hoofdsom.”
- dat Anode failliet is;
- dat [appellante] de klanten van Anode heeft overgenomen en dat zij per 13 december 2021 energie zal gaan leveren;
- dat per 13 december 2021 een overgangsperiode geldt, waarin [geïntimeerde] het contract kan opzeggen met een opzegtermijn van 30 dagen;
- dat [geïntimeerde] binnenkort een e-mail ontvangt met meer informatie over het termijnbedrag, de tarieven en de voorwaarden.
- het door die richtlijn nagestreefde evenwicht tussen een hoog beschermingsniveau voor de consument en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven;
- de in die richtlijn opgenomen eis dat sancties op niet-naleving van de informatieplichten niet alleen doeltreffend en afschrikkend zijn, maar ook evenredig;
- het uitgangspunt dat die richtlijn geen afbreuk doet aan nationale regels betreffende de geldigheid, het ontstaan of de gevolgen van overeenkomsten.
- [appellante] direct bij ingang van haar energieleveringen op 13 december 2021, per e-mail aan [geïntimeerde] heeft meegedeeld dat Anode failliet was en dat [appellante] energie zou gaan leveren tegen een tarief dat binnen enkele dagen bekend zou worden gemaakt;
- [appellante] vanwege de plotselinge overname van de klanten van Anode op zeer korte termijn een grote hoeveelheid energie diende in te kopen, en vervolgens diende te bepalen tegen welke vooralsnog vaste tarieven zij die energie aan de overgenomen klanten, waaronder [geïntimeerde] , kon gaan leveren;
- met deze overname van de klanten van Anode de leveringszekerheid van de energie werd gewaarborgd, en dus de doelen van het BLE en het BLG en de belangen van de klanten werden gediend;
- [appellante] redelijkerwijs niet in staat was de tarieven die zij aan de overgenomen klanten in rekening ging brengen, al op 13 december 2021 aan [geïntimeerde] klanten mee te delen;
- [appellante] vervolgens binnen enkele dagen de betreffende tarieven heeft vastgesteld en de tarieven en voorwaarden aan [geïntimeerde] kenbaar heeft gemaakt.
- Explootkosten € 107,22
- Griffierecht € 365,--
- Salaris advocaat/gemachtigde € 398,-- (2 punten, € 199,-- per punt)
Totaal € 870,22
- Explootkosten € 107,32
- Griffierechten € 783,--
- Salaris advocaat € 858,-- (1 punt x tarief I)
- Nakosten € 178,-- (plus de verhoging zoals vermeld in de
4.De uitspraak
- een hoofdsom van € 1.787,56, vermeerderd met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 21 september 2022;
- € 19,39 aan wettelijke rente over de hoofdsom over de periode tot en met 20 september 2022;
- € 268,13 ter zake buitengerechtelijke kosten;