ECLI:NL:RBOVE:2025:1187

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
28 februari 2025
Publicatiedatum
28 februari 2025
Zaaknummer
328824 KG RK 25-95
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van een kinderrechter in een civiele procedure

Op 28 februari 2025 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, uitspraak gedaan in een wrakingsprocedure. De verzoeker heeft op 13 februari 2025 een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. H.T. Pos, kinderrechter in deze rechtbank, naar aanleiding van de behandeling van twee zaken met de nummers C/08/328264 / JE RK 25-177 en C/08/328267 / JE RK 25-178. Het wrakingsverzoek is per e-mail verzonden op 12 februari 2025, na de mondelinge behandeling van de hoofdzaak. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het verzoek tot wraking niet tijdig is ingediend, aangezien het verzoek is gedaan na het moment waarop mr. Pos uitspraak heeft gedaan in de hoofdzaak. Volgens artikel 37 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) moet een wrakingsverzoek worden gedaan zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoeker bekend zijn geworden, en voor het einde van de behandeling van de zaak. De wrakingskamer heeft op basis van het Wrakingsprotocol van de rechtbank Overijssel besloten het verzoek tot wraking zonder mondelinge behandeling niet-ontvankelijk te verklaren. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK OVERIJSSEL

Wrakingskamer
Zittingsplaats Zwolle
zaaknummer: 328824 KG RK 25-95
Beslissing van 28 februari 2025
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
verzoeker tot wraking.

1.De procedure

1.1.
De wrakingskamer heeft kennisgenomen van het wrakingsverzoek dat is binnengekomen op 13 februari 2025. Het wrakingsverzoek is verzonden per e-mail op 12 februari 2025 om 19:49 uur. Verzoeker doet hierin een verzoek tot wraking van mr. H.T. Pos, (kinder)rechter in deze rechtbank en in die hoedanigheid belast met de behandeling van de zaken die geregistreerd zijn onder de zaaknummers C/08/328264 / JE RK 25-177 en C/08/328267 / JE RK 25-178.
1.2.
Mr. Pos heeft in zijn reactie van 20 februari 2025 laten weten niet te berusten in de wraking.

2.De beoordeling

2.1.
Uit artikel 37 lid 1 Rv volgt dat het wrakingsverzoek moet worden gedaan zodra de feiten of omstandigheden aan de verzoeker bekend zijn geworden. Een verzoek tot wraking kan in beginsel in elke stand van de procedure worden gedaan. Het verzoek moet evenwel zijn ingediend vóórdat de behandeling van de zaak door het wijzen van een einduitspraak is geëindigd (zie HR 18 december 1998, ECLI:NL:HR:1998:AD2977).
2.2.
Volgens artikel 5, lid 2, onder d, van het Wrakingsprotocol van de rechtbank Overijssel kan de wrakingskamer het verzoek tot wraking zonder mondelinge behandeling niet-ontvankelijk verklaren indien het verzoek is ingediend na het tijdstip waarop in de hoofdzaak uitspraak is of wordt gedaan.
2.3.
De wrakingskamer constateert dat mr. Pos op 12 februari 2025, direct aansluitend op de mondelinge behandeling, mondeling uitspraak heeft gedaan in de zaken met de hierboven genoemde nummers. Het wrakingsverzoek is per e-mail verzonden in de avond van 12 februari 2025. Het wrakingsverzoek is dus gedaan na het tijdstip waarop in de hierboven genoemde zaaknummers uitspraak is gedaan. Om deze reden wordt verzoeker, zonder mondelinge behandeling, niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek.

3.De beslissing

De wrakingskamer
3.1.
verklaart verzoeker
niet-ontvankelijkin zijn verzoek tot wraking.
Deze beslissing is gegeven door mr. A. van Holten, voorzitter, mrs. A.A.A.M. Schreuder en M.H. van der Lecq, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier, mr. G.J. Leyendijk, en in openbaar uitgesproken op 28 februari 2025.
de griffier de voorzitter
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.