ECLI:NL:RBOVE:2024:6593

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
9 december 2024
Publicatiedatum
10 december 2024
Zaaknummer
08.227587.24 en 08.166331.20 (tul) (P)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het bezit en verspreiden van kinderporno met een gewoonte karakter

Op 9 december 2024 heeft de Rechtbank Overijssel in Almelo uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het bezit en de verspreiding van kinderporno. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 15 maanden voorwaardelijk. Tevens is de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van 6 maanden bevolen. De verdachte is schuldig bevonden aan het in bezit hebben en verspreiden van kinderporno, meermalen gepleegd, in de periode van 6 juli 2020 tot en met 25 maart 2024. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het verwerven en bezitten van een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en het zich daartoe online toegang verschaffen. De verdachte heeft ook kinderporno vervaardigd door foto’s te maken waarop zijn geslachtsdeel samen met al bestaande kinderpornografische afbeeldingen zichtbaar is. De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoon van de verdachte, die eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft ook de aanbevelingen van de psycholoog en de reclassering in haar oordeel betrokken. De verdachte moet zich melden bij de reclassering en zal onderworpen worden aan bijzondere voorwaarden, waaronder opname in een zorginstelling en een behandelverplichting.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummers: 08.227587.24 en 08.166331.20 (tul) (P)
Datum vonnis: 9 december 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1976 in [geboorteplaats] ,
verblijvende in de Penitentiaire Inrichting in [locatie] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 25 november 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. J.C. Stam, advocaat in Borne, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
in de periode van 6 juli 2020 tot en met 25 maart 2024 kinderporno heeft verspreid, aangeboden, vervaardigd, verworven, in bezit heeft gehad en/of zich daartoe toegang heeft verschaft en daarvan een gewoonte heeft gemaakt.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij
op een of meer tijdstippen
in of omstreeks de periode van 6 juli 2020 tot en met 25 maart 2024
te Oldenzaal, althans in Nederland,
meermalen, althans eenmaal
afbeeldingen, te weten foto’s en/of video’s en/of films – en/of gegevensdragers bevattende afbeeldingen - te weten vier telefoons (te weten een iPhone 14 (01.01.001), iPhone 6S (01.03.001), iPhone 7(03.01.001) en iPhone 12 (03.01.002)) en/of een cloudstorage (iCloud voorzien van e-mailadres [e-mailadres] ), bevattende afbeeldingen
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar
nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
heeft
verspreid en/of
aangeboden,
vervaardigd,
verworven,
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking
van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of mond/tong oraal, vaginaal en/of
anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het als persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt met de/een vinger/hand en/of voorwerp vaginaal en/of anaal penetreren van het eigen lichaam (afbeeldingsnummer(s) in overzicht geselecteerde afbeeldingen en toonmap 1 t/m 4)
en/of
het met de/een vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of
borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18
jaar nog niet had bereikt
en/of
het als persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt met de/een
vinger/hand betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel
(afbeeldingsnummer(s) in overzicht geselecteerde afbeeldingen en toonmap 5, 6 en 7)
en/of
het door een dier likken, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (afbeeldingsnummer in overzicht geselecteerde afbeeldingen en toonmap 8)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of
poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding
(op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen
en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de
wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto’s/films
nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in
beeld gebracht worden,
(waarbij) die afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den)
en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling
(afbeeldingsnummer(s) in overzicht geselecteerde afbeeldingen en toonmap 9 en 10)
en/of
het ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar
nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
waarbij op dat gezicht en/of lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar
is
(waarbij) die afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den)
en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling
(afbeeldingsnummer in overzicht geselecteerde afbeeldingen en toonmap 11)
terwijl hij, verdachte, van het plegen van dit misdrijf aldus een gewoonte heeft
gemaakt.

3.De bewijsmotivering

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken van het ten last gelegde “vervaardigen” van kinderporno. Voor het overige heeft hij zich, met betrekking tot de bewezenverklaring, gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft het ten laste gelegde feit bekend, met uitzondering van het “vervaardigen” van kinderporno.
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit. Voor zover verdachte het bewezenverklaarde heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen (op grond van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv)). [1] De bewijsmiddelen bestaan uit:
  • het proces-verbaal van de terechtzitting van 25 november 2024, voor zover inhoudend de bekennende verklaring van verdachte;
  • het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal van 15 juli 2024 met bijlagen, pagina’s 44 tot en met 61;
  • het proces-verbaal van bevindingen van 12 juli 2024, pagina’s 65 tot en met 68.
Vervaardigen
Anders dan de verdediging heeft bepleit, is de rechtbank van oordeel dat verdachte zich ook schuldig heeft gemaakt aan het “vervaardigen” van kinderporno als bedoeld in artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht (Sr).
Dit onderdeel van de bewezenverklaring is gegrond op de bewijsmiddelen die in de bijlage van dit vonnis zijn opgenomen.
De rechtbank stelt op grond van die bewijsmiddelen vast dat verdachte in de ten laste gelegde periode in zijn woning foto’s heeft gemaakt van een scherm van een laptop/chromebook, waarop op dat moment kinderpornografisch materiaal zichtbaar was. Op een aantal van die foto’s is ook de ontblote penis van verdachte afgebeeld terwijl hij die vasthoudt.
Naar het oordeel van de rechtbank is sprake van het vervaardigen van kinderporno, voor zover op de door verdachte gemaakte foto’s van het al bestaande kinderpornografische materiaal ook zijn penis zichtbaar is. Door ook zijn ontblote penis in beeld te brengen terwijl hij die vasthoudt, heeft verdachte een element van seksuele aard toegevoegd aan het bestaande materiaal en verschillen de bewuste foto’s wezenlijk van de beelden waarop enkel het minderjarige meisje te zien is. Anders dan de verdediging heeft betoogd, is hier dus niet slechts sprake van het kopiëren van bestaande beelden.
Gewoonte
Op de in beslag genomen telefoons van verdachte zijn 624 foto’s en 449 video’s aangetroffen die als kinderpornografisch zijn aangemerkt, waarvan 549 foto’s en 433 video’s voor verdachte toegankelijk waren. De betreffende afbeeldingen hebben aanmaakdata in de periode tussen 6 juli 2020 tot en met 25 maart 2024. Een aanzienlijk deel van de afbeeldingen is aangetroffen in mappen gerelateerd aan Pixel Art, Session en iCloud, wat erop wijst verdachte zich de toegang tot die afbeeldingen heeft verschaft met behulp van een geautomatiseerd werk en/of een communicatiedienst.
Gelet op de hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en de tijd die gemoeid is geweest met het aanleggen van de verzameling, is de rechtbank van oordeel dat verdachte van de verwerving en het bezit van kinderporno, en het zich daartoe de toegang verschaffen met behulp van een geautomatiseerd werk en/of een communicatiedienst, een gewoonte heeft gemaakt in de zin van artikel 240b, tweede lid, Sr.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de opgegeven bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in de periode van 6 juli 2020 tot en met 25 maart 2024 in Nederland, afbeeldingen, te weten foto’s en video’s en gegevensdragers - te weten vier telefoons (te weten een iPhone 14 (01.01.001), iPhone 6S (01.03.001), iPhone 7(03.01.001) en iPhone 12 (03.01.002)) bevattende afbeeldingen
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar
nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
heeft verspreid, aangeboden, vervaardigd, verworven, in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met een penis en/of vinger/hand en/of mond/tong oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het als persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt met een vinger/hand en/of voorwerp vaginaal en/of anaal penetreren van het eigen lichaam
en
het met een vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met een vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het als persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt met een
vinger/hand betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel
en
het door een dier likken, betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of poseert in een omgeving en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past en/of door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto’s/films nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden, waarbij die afbeeldingen aldus een onmiskenbaar seksuele strekking hadden en/of strekten tot seksuele prikkeling
en
het ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is, waarbij die afbeeldingen aldus een onmiskenbaar seksuele strekking hadden en/of strekten tot seksuele prikkeling
terwijl hij, verdachte, van het verwerven en het in bezit hebben een gewoonte heeft gemaakt.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 240b (oud) van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf:een afbeelding, of een gegevensdrager bevattende een afbeelding, van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
en
het misdrijf:een afbeelding, of een gegevensdrager bevattende een afbeelding, van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, verspreiden en aanbieden, meermalen gepleegd.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van dertig maanden, waarvan tien maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaren en met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Aan het voorwaardelijke strafdeel dienen de bijzondere voorwaarden te worden gekoppeld die de reclassering heeft geadviseerd. Verder dient een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38z Sr te worden opgelegd.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit om verdachte een gevangenisstraf op te leggen voor de duur van dertig maanden, waarvan twintig maanden voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. De raadsman verzet zich niet tegen oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd, met uitzondering van de voorwaarde van schadeherstel door een betaling aan het Expertisebureau Online Kindermisbruik.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van het strafbare feit
Verdachte heeft gedurende een periode van bijna vier jaren, een gewoonte gemaakt van het verwerven en bezitten van een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en het zich daartoe online toegang verschaffen. Hij heeft ook kinderporno verspreid. Daarnaast heeft hij kinderporno vervaardigd, door foto’s te maken waarop zijn geslachtsdeel samen met al bestaande kinderpornografische afbeeldingen zichtbaar is. Verdachte heeft zich laten leiden door zijn eigen (seksuele) behoeftes zonder stil te staan bij de gevolgen daarvan voor de slachtoffers. Bij het maken van kinderpornografie worden kinderen op grove wijze seksueel misbruikt en geëxploiteerd. In veel gevallen lopen kinderen aan de productie van kinderporno en het daarmee gepaard gaande seksuele misbruik ernstige psychische schade op. Verdachte heeft door zijn handelingen een bijdrage geleverd aan de instandhouding van deze strafbare praktijk waarmee wereldwijd kinderen ernstig worden beschadigd.
De persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op het strafblad van verdachte van 12 september 2024. Hieruit blijkt dat verdachte op 12 februari 2021 eerder is veroordeeld voor een gewoonte maken van het verwerven en bezitten van kinderpornografie en het zich daartoe online toegang verschaffen. Hij liep nog in de proeftijd van de voorwaardelijke gevangenisstraf die hem toen is opgelegd.
Psycholoog J. Kluin heeft een rapport over de verdachte opgemaakt gedateerd 24 september 2024. Dit rapport houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Bij verdachte is sprake van een vermijdende persoonlijkheidsstoornis. Daarnaast is sprake van een parafiele stoornis, te weten hebefilie: seksuele interesse in kinderen in de vroege puberteit. Deze stoornissen bestonden ook gedurende de periode waarin verdachte het delict pleegde. De psycholoog heeft de indruk dat verdachtes handelen ten tijde van de delictpleging ten dele maar niet volledig werd ingegeven door zijn pathologie. Zijn inschattingsvermogen was intact: hij was zich bewust van de strafbaarheid van zijn handelen en van de mogelijkheden om tot gedragsalternatieven te komen. Echter schoot het vermogen om zijn gedrag ook daadwerkelijk te sturen naar deze inzichten onder invloed van de vermijdende persoonlijkheidsproblematiek tekort. Vanuit diepgewortelde gevoelens van insufficiëntie en de vrees voor kritiek lukte het hem niet om hulp te vragen. Tegelijkertijd lijkt ook een meer calculerende houding te hebben meegespeeld. Verdachte hield de recidive ook geheim om aan de sociale en strafrechtelijke gevolgen te ontkomen. De psycholoog geeft de rechtbank in overweging om verdachte het ten laste gelegde verminderd toe te rekenen. Er is sprake van een risicoprofiel dat vraagt om een verplicht behandelkader met een klinische start. In het geval van verdachte zal een relatief korte ambulante behandeling specifiek gericht op het delictgedrag niet volstaan omdat sprake is van hardnekkige persoonlijkheidsproblematiek, een lage responsiviteit op eerdere zedenbehandeling en snelle recidive ondanks een ambulant toezicht en ambulante behandeling. Aan de rechtbank wordt in overweging gegeven om bij bewezenverklaring aan onderzochte een (deels) voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden op te leggen in de vorm van een reclasseringstoezicht en een behandelverplichting.
De rechtbank heeft verder acht geslagen op de inhoud van het rapport van Reclassering Nederland (hierna: de reclassering) van 9 oktober 2024 over verdachte. Dit rapport houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Verdachte heeft tijdens toezicht en behandeling voor een soortgelijk delict, op grote schaal en gedurende een lange periode, zich beziggehouden met kinderporno. Het gedrag kan daardoor hardnekkig genoemd worden en moeilijk te beïnvloeden. Verdachte heeft dit zelfstandig niet kunnen doorbreken. In zijn houding ten opzichte van de delictpleging valt op dat hij kan verwoorden dat zijn delictgedrag bijdraagt aan schade voor kinderen. Dit lijkt echter maar zeer beperkt emotioneel tot hem door te dringen. Positief is dat verdachte hierover nu open is en dat hij zich realiseert dat hij intensieve hulp en langdurend intensief toezicht nodig heeft. Het risico op recidive wordt ingeschat als gemiddeld-hoog. Het risico op onttrekken aan voorwaarden wordt ingeschat als gemiddeld. De reclassering adviseert oplegging van een deels voorwaardelijke straf met de volgende bijzondere voorwaarden: een meldplicht bij reclassering, opname in een zorginstelling voor de duur van maximaal 18 maanden, een aansluitende ambulante behandeling, het vermijden van kinderporno en schadeherstel door een betaling aan het Expertisebureau Online Kindermisbruik. De reclassering adviseert oplegging van een proeftijd van vijf jaren. Voorts word geadviseerd een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel op te leggen.
De strafoplegging
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank acht geslagen op de binnen de rechtspraak gehanteerde oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Voor een gewoonte maken van het bezit van kinderporno geldt als oriëntatiepunt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar, voor het verspreiden van kinderporno geldt als oriëntatiepunt eveneens een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar en voor het vervaardigen van kinderporno geldt als oriëntatiepunt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaren.
De rechtbank weegt in strafverzwarende zin mee dat verdachte, nadat hij eerder is aangehouden en veroordeeld voor het bezit van kinderporno, onder toezicht van de reclassering stond en een behandeling onderging, verder is gegaan met het verwerven en bezitten van kinderpornografische afbeeldingen en het zich daartoe online toegang verschaffen. Verdachte is gedurende de proeftijd doorgegaan met zijn delictgedrag. Daarbij heeft verdachte de toezichthouders en behandelaars misleid en tegenover hen geen openheid van zaken gegeven.
De rechtbank is van oordeel dat het bewezenverklaarde in verminderde mate aan verdachte is toe te rekenen en zal daarmee in strafverminderende zin rekening houden. De rechtbank baseert zich daarbij op het bovengenoemde rapport van de psycholoog.
Alles afwegend, acht de rechtbank oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van dertig maanden, waarvan vijftien maanden voorwaardelijk, passend en geboden.
De tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, zal bij de uitvoering van de gevangenisstraf in mindering worden gebracht.
De rechtbank zal de proeftijd op drie jaren stellen. Het verwerven en bezitten van kinderpornografische afbeeldingen en het zich daartoe online toegang verschaffen, als ook het verspreiden en aanbieden van kinderporno is geen misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen in de zin van artikel 14b lid 2 Sr (oud). (vgl. HR 15 maart 2022, ECLI:NL:HR:2022:338). Hoewel het vervaardigen van kinderpornografische afbeeldingen wel een misdrijf is dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, kan naar het oordeel van de rechtbank, gelet op de beperkte omvang en de specifieke wijze van vervaardigen, niet gezegd worden dat er ernstig rekening mee gehouden moet worden dat verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
Aan het voorwaardelijke deel van de straf zullen de hierna te noemen bijzondere voorwaarden worden verbonden.
Anders dan de verdediging heeft bepleit, zal de rechtbank ook als bijzondere voorwaarde opleggen dat verdachte een geldbedrag zal storten ten gunste van het Expertisebureau Online Kindermisbruik. Deze instelling, waar Stop it Now onderdeel van is, stelt zich ten doel de belangen van slachtoffers van strafbare feiten zoals het door verdachte gepleegde delict te behartigen. Nu de financiële draagkracht van verdachte beperkt is, afgaand op het betoog van zijn raadsman, zal de rechtbank de betalingsverplichting aan het Expertisebureau Online Kindermisbruik ten behoeve van schadeherstel bepalen op € 500,--.
De rechtbank ziet geen aanleiding om een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel op grond van artikel 38z Sr op te leggen.

7.De vordering tenuitvoerlegging

7.1
Vonnis waarvan tenuitvoerlegging wordt gevorderd
Bij vonnis van deze rechtbank van 12 februari 2021 is de verdachte veroordeeld voor zover van belang tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden, met een proeftijd van drie jaren. De proeftijd is ingegaan op 27 februari 2021.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de vordering tot tenuitvoerlegging gehandhaafd.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit om de eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf niet (volledig) ten uitvoer te leggen.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vordering van de officier van justitie moet worden toegewezen. Gebleken is dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig heeft gemaakt aan het plegen van een (soortgelijk) nieuw strafbaar feit. De rechtbank ziet geen aanleiding de vordering niet volledig toe te wijzen.

8.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c en 57 Sr.

9.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
het misdrijf:een afbeelding, of een gegevensdrager bevattende een afbeelding, van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
en
het misdrijf:een afbeelding, of een gegevensdrager bevattende een afbeelding, van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, verspreiden en aanbieden, meermalen gepleegd;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
15 (vijftien) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
De rechter kan de tenuitvoerlegging ook gelasten indien de verdachte gedurende de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende bijzondere voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- zich laat zich opnemen in een nog nader te bepalen zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname duurt 18 maanden of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt verdachte mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
- zich laat behandelen door een forensische polikliniek, te bepalen door de reclassering. De behandeling start na beëindiging van de klinische behandeling. De behandeling duurt vanaf dan de gehele verdere proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
- een bedrag van € 500,-- zal storten in de kas van het Expertisebureau Online Kindermisbruik, waarbinnen ‘Stop it Now’ één van de programma’s is. De betaling zal worden gedaan binnen veertien dagen nadat deze uitspraak vatbaar is voor tenuitvoerlegging;
- vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. Verdachte onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
• het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
• het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
• het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd.
Verdachte bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. Verdachte werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. Verdachte verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Verdachte verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De controle is gericht op de vraag of verdachte kinderpornografisch materiaal vermijdt. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van verdachte. De reclassering kan voor technische ondersteuning een deskundige meenemen, ook als dit een opsporingsambtenaar is die deskundig is op digitaal gebied. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden.
Daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 08.166331.20
- beveelt de
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van de rechtbank Overijssel van 12 februari 2021 voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.M.F. Schreurs, voorzitter, mr. P. van Kesteren en
mr. H.J. Berends, rechters, in tegenwoordigheid van S. Wongsokerto, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 9 december 2024.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, Team Bestrijding Kinderpornografie Kindersekstoerisme, met nummer ONRBD24002, dossiernaam ADWARE. Tenzij anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal van 15 juli 2024 met bijlagen, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, op pagina’s 47 en 48:
Op de inbeslaggenomen iPhone 12 met het IBN-nummer [code] zijn nog 3 afbeeldingen aangetroffen van een foto waarop een laptop/chromebook te zien is. Op twee van deze foto's is op de laptop een meisje met een geschatte leeftijd van tussen de 12 en 16 jaar. Het meisje op deze foto is een kennelijk volwassen man aan het pijpen. Op de derde foto zijn twee meisjes met een geschatte leeftijd van tussen de 10 en 14 jaar te zien die elkaar zoenen.
Op deze 3 afbeeldingen is ook te zien dat degene die genoemde afbeeldingen vervaardigt, met zijn linkerhand zijn penis vasthoudt. De eikel van de penis is ontbloot. Op twee van deze afbeeldingen is een achtergrond te zien. Van deze afbeeldingen is een kopie gemaakt. Van deze kopie is weer een uitsnede genomen.
2.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 25 november 2024, voor zover inhoudend, zakelijk weergegeven, als verklaring van verdachte:
Het klopt dat ik de foto’s heb gemaakt van het scherm van de laptop/chromebook waarop op dat moment kinderpornografisch materiaal zichtbaar was. Het is mijn penis die op een aantal van de foto’s te zien is. Ik heb de foto’s in mijn woning gemaakt.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland, Team Bestrijding Kinderpornografie Kindersekstoerisme, met nummer ONRBD24002, dossiernaam ADWARE. Tenzij anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.