Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties A en B,
2.De samenvatting
3.De feiten
In mijn opinie heeft het er de schijn van dat er bij de schadebepaling op enig moment onmin tussen partijen is ontstaan hetgeen heeft geleid tot verharding van standpunten hetgeen het oplossen van het dossier in de weg heeft gestaan. Daar waar over bepaalde schade-elementen aanvankelijk wél is gesproken lijken dezer bij de eindhonorering niet of slechts ten dele aan bod te zijn gekomen. De uiteindelijke schadevaststelling lijkt vervolgens op basis van “grote stappen, snel thuis” te zijn verricht en blijkt voorts slecht verifieerbaar in verband met het ontbreken van een specificatie zowel in het eindrapport van EMN als in dat van de arbiter.
- Schade aan topgevels, 2 x 27.000,00 € 54.000,00
- Schade aan dak € 67.000,00
- Schade aan spanten/gordingen€ 10.000,00
- Totaal schade aan voormalige loopstal, inclusief btw € 131.000,00
De arbiter heeft de woning en de stal aan de binnenzijde bekeken, met dien verstande dat de arbiter bij de stal de poeren en de sokkels heeft bekeken. Zijn conclusie was op basis daarvan direct dat de stal niet totall loss was. De heer [naam 2] heeft nog aangegeven dat daarvoor ook de kelder en het dak bekeken moest worden. Daarnaast heeft hij aangegeven waarom de schuur naar zijn mening wel totall loss was. Zijn opmerking irriteerde de arbiter en hij gaf aan genoeg gezien te hebben. De opmerking van EMN dat er een zekere mate van ongeloof bij de arbiter was deel ik. Nadat hij van mening was dat de schuur niet totall loss was, was hij geïrriteerd en hoefde verder niets meer te zien.(…)’
4.Het geschil
5.De beoordeling
Bij deze vernietigt cliënt dan ook het bindend advies’. Daaruit blijkt voldoende duidelijk dat [eiser] met die e-mail bedoeld heeft het bindend advies buitengerechtelijk te vernietigen. Dat hij vervolgens nog aan Nationale-Nederlanden vraagt of zij akkoord gaat met de vernietiging, doet daar niet aan af. Voor buitengerechtelijke vernietiging is niet vereist dat de wederpartij daarmee instemt. Met de vernietiging bij e-mail van 22 februari 2023 is [eiser] binnen de verjaringstermijn van drie jaar gebleven.
binnen de grenzen van de beide taxaties’ moet vaststellen. Met ‘beide taxaties’ lijken de schadevaststellingen van EMN en AdViDex te zijn bedoeld. Slechts de schade die daarin aan bod was gekomen, diende door de bindend adviseur (opnieuw) beoordeeld te worden.