4.3.De huurders vorderen – na wijziging van eis – dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
voor recht zal verklaren dat het gehuurde ernstige gebreken heeft, zoals vastgesteld door de Huurcommissie in de uitspraken van 20 december 2023;
voor recht zal verklaren dat de woonruimten in het pand op 31 juli 2022 een huurprijs en voorschotbedrag GWL hadden zoals overeengekomen in de huurcontracten;
primair:
[partij A] zal veroordelen tot terugbetaling van 70% van de door de huurders aan [partij A] betaalde huurprijs inclusief voorschot GWL, over de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 december 2023, dan wel een ander te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na de uitspraak van de Huurcommissie;
subsidiair:
[partij A] zal veroordelen tot terugbetaling van 70% van de door de huurders aan [partij A] betaalde kale huurprijs, over de periode van 1 augustus 2022 tot en met 31 december 2023, dan wel een ander te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na de uitspraak van de Huurcommissie;
4. zal bepalen dat ten aanzien aan alle huurders het contractueel overeengekomen voorschotbedrag GWL wordt verlaagd met 30% vanaf de datum van ingang van de huurovereenkomsten tot en met de maand waarin het pand van drinkwater via het reguliere drinkwaternet van Vitens is voorzien;
5. [partij A] zal veroordelen om binnen 48 uur na betekening van dit vonnis de huurders [partij B2] , [partij B4] , [partij B6] en [partij B8] in het pand van drinkwater via het reguliere drinkwaternet van Vitens te blijven voorzien en om een leveringscontract met Vitens af te sluiten;
6. [partij A] zal veroordelen tot betaling van een dwangsom van € 250,00 voor iedere dag of dagdeel dat [partij A] niet aan deze veroordeling voldoet met een maximum van € 15.000,00 per persoon;
7. met veroordeling van [partij A] in de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.