ECLI:NL:RBOVE:2024:4250
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het recht op een Wajong-uitkering en de rol van het UWV in de medische beoordeling
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, wordt het beroep van eiser tegen de weigering van het UWV om een Wajong-uitkering toe te kennen beoordeeld. Eiser, geboren in 1993, heeft zich op 2 april 2021 ziek gemeld na een periode van werk bij Hornbach Bouwmarkt. Het UWV heeft op 28 juni 2023 het arbeidsvermogen van eiser beoordeeld en geen Wajong-uitkering toegekend. Eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het UWV heeft dit besluit gehandhaafd. De rechtbank heeft het beroep op 30 mei 2024 behandeld, waarbij zowel eiser als de gemachtigde van het UWV aanwezig waren.
De rechtbank concludeert dat het UWV niet alle relevante medische informatie heeft betrokken bij de beoordeling van het arbeidsvermogen van eiser. Eiser heeft aangevoerd dat hij geen arbeidsvermogen heeft door angst, stress en andere gezondheidsklachten, maar het UWV heeft deze klachten onvoldoende meegewogen. De rechtbank oordeelt dat de weigering van het UWV om een Wajong-uitkering toe te kennen onvoldoende gemotiveerd is en in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt het UWV op om een nieuw besluit te nemen, waarbij de rechtbank ook de proceskosten en het griffierecht aan eiser toekent.
Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige en volledige medische beoordeling door het UWV bij aanvragen voor Wajong-uitkeringen, en de noodzaak om alle relevante informatie in overweging te nemen.