Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[veroordeelde],
Procedure
Bezwaar
Standpunt van het Openbaar Ministerie
Beoordeling
Beslissing
bezwaar ongegrond.
Rechtbank Overijssel
Op 10 januari 2024 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in een zaak waarin een bezwaarschrift is ingediend door een veroordeelde tegen de afname van DNA-materiaal. De veroordeelde, die in 2023 een strafbeschikking heeft aanvaard na een minnelijke regeling met het Functioneel Parket, betwistte de rechtmatigheid van de afname van zijn DNA-profiel. Hij stelde dat hij niet betrokken was bij de strafbare feiten en dat de afname van DNA-materiaal onterecht was, gezien de uitzonderingsgrond in de Wet DNA-onderzoek bij veroordeelden. De rechtbank heeft het bezwaar behandeld in besloten raadkamer, waarbij zowel de gemachtigde raadsman als de officier van justitie zijn gehoord. De rechtbank oordeelde dat de afname van DNA-materiaal een dwangmaatregel is die inbreuk maakt op het recht op privacy, maar dat de wettelijke vereisten voor afname zijn nageleefd. De rechtbank concludeerde dat de uitzonderingsgronden niet van toepassing zijn, omdat de aard van het misdrijf en de omstandigheden waaronder het misdrijf is gepleegd geen reden vormen om af te zien van DNA-afname. Het bezwaar van de veroordeelde werd ongegrond verklaard.