ECLI:NL:RBOVE:2024:125
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurgeschil over schade aan gehuurde auto en terugvordering van borg
In deze zaak heeft [partij A] van 21 oktober 2021 tot 23 oktober 2021 een Audi RS6 gehuurd van [partij B] voor een huurprijs van € 1.500,00, waarbij een borg van € 5.000,00 is betaald. Tijdens de huurperiode is schade ontstaan aan de Audi door een aanrijding met een Mercedes. [partij B] heeft de borg ingehouden in verband met deze schade, terwijl [partij A] de borg terugvordert, stellende dat hij niet verantwoordelijk is voor de aanrijding. [partij B] vordert in reconventie vergoeding van extra schade die zij zou hebben geleden door de aanrijding.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat [partij B] de borg aan [partij A] moet terugbetalen, omdat de schade aan de Audi door de verzekering is vergoed en [partij B] onvoldoende bewijs heeft geleverd voor de extra schade die zij stelt te hebben geleden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat, ongeacht de vraag of [partij A] de aanrijding heeft veroorzaakt, de borg niet kan worden ingehouden omdat de schade al vergoed is. De vordering van [partij B] in reconventie is afgewezen, omdat zij niet aan haar bewijslast heeft voldaan. De wettelijke rente over de borg is toegewezen vanaf de datum van de dagvaarding.
De kantonrechter heeft [partij B] veroordeeld tot betaling van de borg van € 5.000,00, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de proceskosten aan de zijde van [partij A] vastgesteld op € 774,71. De vorderingen van [partij B] in reconventie zijn afgewezen.