Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De procedure
- de mondelinge behandeling op 15 november 2022. Door beide partijen zijn ter zitting spreekaantekeningen overgelegd. De griffier heeft aantekeningen bijgehouden van hetgeen ter zitting door partijen verder naar voren is gebracht.
2.Samenvatting van het geschil
3.De feiten
e-mailbericht van eveneens 10 september 2018 van [B] aan [de notaris] staat:
Het verkochte zal worden overgedragen met alle daarbij behorende rechten en aanspraken en vrij van pandrechten, van beslagen en van inschrijvingen daarvan, het registergoed tevens met alle aanspraken uit hoofde van erfdienstbaarheden als heersend erf en met alle kwalitatieve rechten en vrij van hypotheken.
4.Het geschil
5.De beoordeling
“Communicatie met [opposant] : dwaling, bedrog, misbruik van omstandigheden”, geldt dat ook deze stelling moet worden verworpen. [opposant] heeft niet nader toegelicht of onderbouwd waarom er sprake zou zijn van bedrog. Dat er sprake is geweest van een opzettelijke onjuiste inlichting of verzwijgen zoals bedoeld in artikel 3:44 lid 3 BW, is de rechtbank voor het overige ook niet gebleken.