ECLI:NL:RBOVE:2023:3961

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
7 juli 2023
Publicatiedatum
10 oktober 2023
Zaaknummer
C/08/298335 / FA RK 23-1589
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor betrokkene met verslavingsproblematiek

Op 7 juli 2023 heeft de Rechtbank Overijssel een zorgmachtiging verleend voor een betrokkene, geboren in 1988, op basis van een verzoek van de officier van justitie. Dit verzoek was ingediend naar aanleiding van zorgen over de geestelijke gezondheid van de betrokkene, die lijdt aan middelgerelateerde- en verslavingsstoornissen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verslaving de betrokkene in de greep heeft en dat hij niet in staat is om weloverwogen keuzes te maken over zijn leven. Tijdens de mondelinge behandeling op 7 juli 2023 zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder de betrokkene zelf en zijn advocaat, mr. M. Tijken. De betrokkene heeft verweer gevoerd tegen de zorgmachtiging, maar de rechtbank oordeelde dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is.

De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de medische verklaringen en het zorgplan, en concludeerde dat de betrokkene niet in staat is om zijn verslaving zelfstandig aan te pakken. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 7 januari 2024. De maatregelen die onder deze machtiging vallen, omvatten onder andere het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid en het uitoefenen van toezicht op de betrokkene. De rechtbank benadrukte dat de betrokkene onder invloed van zijn verslaving handelt en dat een opname noodzakelijk is om hem de kans te geven op herstel.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familierecht en Jeugdrecht
Locatie: Almelo
Zaak-/rekestnr.: C/08/298335 / FA RK 23-1589
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 7 juli 2023 naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1988 te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats],
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. M. Tijken te Oldenzaal.

1.Procesverloop

1.1
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift, ingekomen bij de griffie op 20 juni 2023.
1.2
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 de medische verklaring d.d. 5 juni 2023;
 het zorgplan / behandelplan d.d. 1 juni 2023;
 het eigen plan van aanpak d.d. 25 mei 2023;
 de zorgkaart d.d. 14 juni 2023;
 de bevindingen van de geneesheer-directeur d.d. 16 juni 2023;
 een uittreksel uit het curatele- en bewindregister;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen (Bopz) en de Wvggz.
1.3
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 7 juli 2023, bij betrokkene thuis aan de [woonplaats].
1.4
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
 betrokkene;
 mr. Tijken, advocaat van betrokkene;
 [medewerker GGZ], verpleegkundige specialist GGZ, in de plaats van [behandelaar], hoofdbehandelaar bij Tactus;
 [naam], ambulant woonbegeleider bij Tactus.
1.5
De officier van justitie heeft kenbaar gemaakt een nadere toelichting of motivering van het verzoek niet nodig te achten en daarom niet ter mondelinge behandeling te zullen verschijnen.

2.Beoordeling

2.1
Door de officier van justitie is om een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden verzocht. Door en namens betrokkene is hiertegen verweer gevoerd. Volgens betrokkene kan niet gesproken worden van een psychische stoornis. Er is geen sprake van verslavingsproblematiek, zodanig dat het denken, voelen, willen, oordelen en doelgericht handelen van betrokkene zo ingrijpend wordt beïnvloed dat het ernstig nadeel hem niet kan worden toegerekend. Betrokkene is zeer wel in staat om te bepalen wat hij wel en vooral niet wil. Nergens blijkt uit dat betrokkene wilsonbekwaam is. Betrokkene wil niet abstinent van alcohol zijn, hij wil ook niet minderen en hij wil ook niet opgenomen worden in een verslavingskliniek. De verslaving heeft betrokkene niet in de greep. Het hebben van lichamelijke klachten als gevolg van een verslaving maakt nog niet dat er sprake is van een stoornis als bedoeld in de Wvggz (Rechbank Zeeland-West-Brabant, 9 juni 2023 ECLI:NL:RBZWB:2023:4081). Het bestaan van een neurocognitieve stoornis is niet aangetoond. Het risico op bijvoorbeeld de ziekte van Korsakov is onvoldoende om betrokkene verplichte zorg te laten ondergaan. Betrokkene wil zich vrij kunnen voelen en eigen keuzes kunnen maken, kortom hij wil zelf regie over zijn leven hebben. Alle hulp, bestaande uit praktisch maatschappelijke hulp, die betrokkene nu van Tactus ontvangt kan ook worden geboden door een wijkcoach. Betrokkene wil af van het stigma van alcoholist dat hij voelt omdat hij hulp van Tactus ontvangt.
2.2
Door de verpleegkundige specialist en de ambulant woonbegeleider is naar voren gebracht dat de verslaving betrokkene wel degelijk in de greep heeft. Waar betrokkene stelt alleen in het weekend te drinken treft de woonbegeleider tijdens haar regelmatige bezoeken lege flessen naast de bank aan. Er is sowieso sprake van een lang weekend, vaak drinkt betrokkene in ieder geval van donderdag tot en met maandag. De gesprekken die eerder gevoerd werden met betrokkene over zijn alcoholgebruik waren meer open van karakter dan tegenwoordig. Betrokkene is recent, in oktober 2022 en april 2023, in het ziekenhuis opgenomen geweest in verband met de ziekte van Wernicke. Dat is een voorstadium van de ziekte van Korsakov. Om in kaart te kunnen brengen wat de neurocognitieve schade is moet betrokkene in ieder geval twee weken abstinent zijn van alcohol. Dat is in een ambulante setting onhaalbaar. Ook is er sprake van een bloedstollingsstoornis, waarbij bij een val de kans op hevige bloedingen zeer reëel is. Het doel van de zorgmachtiging is abstinentie te bereiken. Pas dan kan betrokkene weer weloverwogen keuzes maken over het vervolg van zijn behandeling. Nu worden zijn keuzes beïnvloed door de verslaving.
2.3
De rechtbank is van oordeel dat uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis in de vorm van middelgerelateerde- en verslavingsstoornissen en andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn, waarbij de middelgerelateerd- en verslavingsstoornissen voorliggend zijn. De verslaving heeft betrokkene in de greep. Zijn denken, voelen, willen, oordelen en doelgericht handelen wordt zo ingrijpend beïnvloed dat betrokkene het ernstig nadeel, bestaande uit levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang, niet kan worden toegerekend. Betrokkene toont geen realistische kijk op zijn situatie. Hij bagatelliseert de lichamelijke problematiek en realiseert zich niet dat hij zich daadwerkelijk dood kan drinken. Betrokkene heeft desgevraagd verklaard zich niet dood te willen drinken maar ook niet te willen stoppen met het drinken van alcohol. Daarmee geeft hij geen blijk van inzicht in de ernst van zijn situatie. Betrokkene is slecht ter been en daarmee is de kans op vallen vergroot, zeker als betrokkene onder invloed is. Betrokkene neemt dit valgevaar en de gevaren die vanwege zijn overige lichamelijk problematiek bij een val kunnen ontstaan onvoldoende serieus. Een val kan gemakkelijk tot de dood van betrokkene leiden. De ziekte van Wernicke is al een paar keer opgetreden, dat is een voorstadium van erger. Nu ingrijpen kan wellicht verdere schade voorkomen.
2.4
Om het ernstig nadeel af te wenden of de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen of de door de stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen, heeft betrokkene zorg nodig
.Betrokkene kiest er niet voor om zijn leven op een andere manier in te richten omdat hij onder invloed van de verslaving handelt. Een opname is gerechtvaardigd om betrokkene de kans te geven op andere gedachten en tot herstel te komen.
2.5
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Daarom is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur en bestaan uit:
 toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
 beperken van de bewegingsvrijheid;
 insluiten;
 uitoefenen van toezicht op betrokkene;
 onderzoek aan kleding of lichaam;
 onderzoek van de woon- of verblijfruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
 controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
 aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
 opnemen in een accommodatie.
2.6
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.7
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8
De rechtbank heeft het eigen plan van aanpak van betrokkene gelezen. De rechtbank is van oordeel dat in dit plan van aanpak te weinig concrete interventies worden genoemd waarmee het ernstig nadeel kan worden afgewend. Dat betrokkene zelf de regie wil houden over zijn leven is invoelbaar. Echter, ook onder een zorgmachtiging kan betrokkene in overleg met de behandelaar invloed uitoefenen op de invulling van het behandeltraject. Dit door de samenwerking aan te gaan en deze niet continu op te zeggen.
2.9
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden, en geldt aldus tot en met 7 januari 2024.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1988, [geboorteplaats], inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen voor de duur van deze machtiging:
 toedienen van vocht, voeding en medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
 beperken van de bewegingsvrijheid;
 insluiten;
 uitoefenen van toezicht op betrokkene;
 onderzoek aan kleding of lichaam;
 onderzoek van de woon- of verblijfruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
 controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
 aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
 opnemen in een accommodatie,
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 7 januari 2024.
Deze beschikking is in het openbaar uitgesproken op 7 juli 2023 door mr. M.H. van der Lecq, rechter, in tegenwoordigheid van W. Spin als griffier.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.