ECLI:NL:RBOVE:2023:378
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van toestemming voor beveiligingswerkzaamheden op basis van betrouwbaarheidseisen
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel wordt het beroep van eiser tegen de weigering van toestemming om beveiligingswerkzaamheden te verrichten beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. J.A.J. Brahm, had op 21 september 2021 een aanvraag ingediend bij de korpschef van politie, maar deze aanvraag werd afgewezen op basis van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr). De korpschef concludeerde dat de betrouwbaarheid van eiser niet boven iedere twijfel was verheven, gezien een eerdere veroordeling voor mishandeling op 17 juni 2021. Eiser had geen rechtsmiddelen aangewend tegen deze strafbeschikking, waardoor deze in rechte vaststaat. De rechtbank oordeelt dat de korpschef zich in redelijkheid op het standpunt heeft kunnen stellen dat de betrouwbaarheid van eiser niet voldoende was voor het uitvoeren van beveiligingswerkzaamheden. De rechtbank benadrukt dat aan medewerkers in de beveiligingsbranche hogere eisen worden gesteld dan aan medewerkers in andere sectoren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst op het belang van betrouwbare beveiliging in de samenleving.