Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.[partij A 1] ,
2.
[partij A 2],
1.De procedure
- de dagvaarding en de producties 1 tot en met 41;
- de conclusie van antwoord tevens eis in voorwaardelijke reconventie en de producties 1 tot en met 11;
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie;
- de brief van 10 mei 2023 waarin de mondelinge behandeling is bepaald;
- de mondelinge behandeling van 1 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt en waarin beide advocaten het woord hebben gevoerd aan de hand van een pleitnota.
2.De beslissing samengevat
3.Waarvan kan worden uitgegaan
4.De vorderingen
5.De onderbouwing van de vordering en het verweer
.Subsidiair noemt [partij A] als grondslag dat de erfdienstbaarheid is ontstaan als gevolg van verjaring, nu de opvolgend eigenaren van perceel B vanaf 1976 onafgebroken te voet en met de auto via de strook grond over de percelen A3 en A4 toegang hadden tot perceel B. Meer subsidiair is volgens [partij A] sprake van een noodweg. [partij A] stelt dat hij schade heeft geleden, bestaande uit de kosten die zijn gemaakt in verband met het verwijderen van eigendommen van perceel B als gevolg van de uitspraak van de bestuursrechter van 9 november 2021. [partij A] vordert dat [partij B] wordt veroordeeld tot het vergoeden van deze schade.
6.De beoordeling
(d.w.z. A3 en A4)en dat [naam 1] dit perceel in eigendom heeft gekregen bij akte van scheiding en deling van 19 december 1939.
“Het verkochte wordt overgedragen (…) met alle bekende en onbekende erfdienstbaarheden.”
wordt “het verkochte overgedragen … met alle bekende en onbekende
erfdienstbaarheden”.
specifieke(cursivering door rechtbank) erfdienstbaarheid in betreffende notariële akte vastgesteld. Wel wordt, aldus [naam 3] “het verkochte overgedragen … met alle bekende en onbekende erfdienstbaarheden”.
De uit te spreken veroordelingen zullen, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard.
- de gemiste opbrengst van de diverse fruitbomen en de moestuin;
- het geen gebruik kunnen maken van het kippenhok;
- het achteruitgaan van de staat van het perceel en de daarop aanwezige begroeiing doordat het plegen van onderhoud aan het perceel en de daarop geplaatste twee caravans en de vier gebouwen onmogelijk is;
- de schade aan gereedschappen, nodig om het perceel te onderhouden;
- de immateriële schade wegens gederfd gebruiksgenot.
€ 1.016,00(2 punten × € 508,00)