Uitspraak
1.[gedaagde 1],
gemachtigde: mr. D.F. Briedé,
2.[gedaagde 2],
1.De procedure
2.De inleiding: waar de zaak over gaat
3.De feiten
‘(…)
Overwegen het volgende(…)
2. Op deze huurovereenkomst is artikel 7:228 lid 1 BW van toepassing, hetgeen betekent dat deze huurovereenkomst zonder dat daartoe een opzegging vereist is, eindigt wanneer de overeengekomen periode verstrijkt.(…)
4. Deze huurovereenkomst is onlosmakelijk verbonden met de drie-partijenovereenkomst tussen huurder, verhuurder en begeleider én het woonbegeleidingsplan.(…)’
[eiser], Humanitas Onder Dak en [gedaagden]. Deze overeenkomst is onlosmakelijk verbonden met de huurovereenkomst. Voor zover van belang staat in de drie-partijenovereenkomst:
‘(…)
De partijen zijn het volgende overeengekomen:
.
31 mei 2023. Ook is aangezegd dat de drie-partijenovereenkomst eindigt per 31 mei 2023.
4.Het geschil
I. [gedaagden] veroordeelt om binnen vijf dagen na betekening van dit vonnis de woonruimte aan de [adres] te ontruimen, in goede staat en onder afgifte van de sleutels aan [eiser] op te leveren en ontruimd te houden;
II. [gedaagden] veroordeelt in de proces- en nakosten.
5.De beoordeling
Ondertekende overeenkomsten