Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
- EUR 274.291,64, en/of
- EUR 57.500, en/of
- EUR 89.500, en/of
- EUR 90.000, en/of
- EUR 100.000,
- EUR 274.291,64, en/of
- EUR 57.500, en/of
- EUR 89.500, en/of
- EUR 90.000, en/of
- EUR 100.000,
- EUR 274.291,64, en/of
- EUR 57.500, en/of
- EUR 89.500, en/of
- EUR 90.000, en/of
- EUR 100.000,
- EUR 274.291,64, en/of
- EUR 57.500, en/of
- EUR 89.500, en/of
- EUR 90.000, en/of
- EUR 100.000,
3.De voorvragen
4.De bewijsoverwegingen
c. Nu de periode van tenlastelegging eerder begint (1 maart resp. 1 mei 2011) dan de oprichtingsdata van deze vennootschappen (6 juli 2011) ziet de rechtbank zich voor de vraag gesteld of door de officier van justitie bewust een deel van het strafdossier buiten beschouwing is gelaten of om die reden bewust heeft gekozen voor een subsidiaire tenlastelegging.
- € 76.500,00, op 20 september 2011 ontvangen van [betrokkene 5] ;
- € 18.000,00, op 21 september 2011 ontvangen van [bedrijf 4] B.V.;
- € 29.500,00, op 30 september 2011 ontvangen van [betrokkene 5] ;
- € 29.700,00, op 30 september 2011 ontvangen van [betrokkene 6] ;
- € 37.000,00, op 30 september 2011 ontvangen van [betrokkene 6] ;
- € 143.500,00, op 30 september 2011 ontvangen van [rekeningnummer 1] ten name van verdachte;
- € 20.200,00, op 30 september 2011 ontvangen van [rekeningnummer 2] ten name van verdachte.
- € 274.291,64 naar de derdenrekening van [bedrijf 3] in Goirle ;
- € 70.000,00 naar [bedrijf 2] B.V.
- op 29 juni 2011 € 20.000,00 van [betrokkene 1] ;
- op 30 september 2011 € 70.000,00 van [bedrijf 1] B.V.
- € 50.000,00, op 1 augustus 2011 ontvangen van [rekeningnummer 3] ten name van verdachte;
- € 57.500,00, op 8 augustus 2011 ontvangen van [rekeningnummer 3] ten name van verdachte;
- € 2.400,00, op 16 september 2011 ontvangen van [betrokkene 7] (met als omschrijving ‘lening’);
- € 1.000,00, op 26 september 2011 ontvangen van [betrokkene 5] (met als omschrijving ‘betalen lening’);
- € 11.940,00, op 29 september 2011 ontvangen van [bedrijf 6] B.V. (de rechtbank begrijpt: [bedrijf 6] B.V.);
- € 15.000,00, op 29 september 2011 ontvangen van [bedrijf 7] ;
- € 13.000,00, een contante storting op 30 september 2011;
- € 24.598,74, op 30 september 2011 ontvangen van [bedrijf 8] B.V.;
- € 21.620,54, op 30 september 2011 ontvangen van [bedrijf 9] B.V.;
- € 16.000,00, op 30 september 2011 ontvangen van [betrokkene 6] ;
- € 37.969,00, op 30 september 2011 ontvangen van [betrokkene 8] ;
- € 22.500,00, op 30 september 2011 ontvangen van [rekeningnummer 3] ten name van verdachte.
- op 8 augustus 2011 € 57.500,00 naar de derdenrekening van [bedrijf 3] ;
- op 30 september 2011 in totaal € 143.500,00 naar [bedrijf 1] B.V.
- op 15 juni 2011 werd van de bankrekening van verdachte € 100.000,00 overgemaakt naar de bankrekening van [bedrijf 10] B.V. onder de vermelding:
- op 8 juli 0211 werd van de bankrekening van [bedrijf 1] B.V. € 50.000,00 overgemaakt naar de bankrekening van [bedrijf 10] B.V. onder de vermelding:
- op 1 augustus 2011 werd van de bankrekening van [bedrijf 1] B.V. nogmaals € 50.000,00 overgemaakt naar de bankrekening van [bedrijf 10] B.V. onder de vermelding:
- op 28 juni 2011 werd € 18.000,00 overgemaakt naar bankrekeningnummer [rekeningnummer 11] ten name van [bedrijf 1] B.V.;
- op 8 juli 2011 werd € 47.500,00 overgemaakt naar bankrekeningnummer [rekeningnummer 11] ten name van [bedrijf 1] B.V.;
- op 1 augustus 2011 werd € 50.000,00 overgemaakt naar bankrekeningnummer [rekeningnummer 11] ten name van [bedrijf 1] B.V.
- op 14 juni 2011 € 50.000,00 van bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] ten name van verdachte;
- op 15 juni 2011 € 100.000,00 van bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] ten name van verdachte;
- op 8 juli 2011 € 24.000,00 van bankrekeningnummer [rekeningnummer 3] ten name van verdachte;
- op 28 juni 2011 € 71.000,00 van [bedrijf 9] B.V.;
- op 29 juni 2011 € 13.350,00 van [bedrijf 11] , met de omschrijving
‘papertrail’.
- het gaat om een handelen of nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon;
- de gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon;
- de gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het uitgeoefende bedrijf;
- de rechtspersoon vermocht erover te beschikking of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard. Onder bedoeld aanvaarden is mede begrepen het niet betrachten van de zorg die in redelijkheid van de rechtspersoon kon worden gevergd met het oog op de voorkoming van de gedraging.
- € 50.000,00, € 50.000,00 en € 175.737,62 (feit 1);
- € 253.291,64 en € 21.000,00 (feit 2).
- € 274.291,64, en
- € 70.000,00
- EUR 274.291,64, en
- EUR 70.000,00
- EUR 274.291,64, en
- EUR 70.000,00
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van gewoontewitwassen
gewoontewitwassen
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van medeplegen van gewoontewitwassen
gewoontewitwassen.
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
De rechtbank zal deze vorderingen verbeurd verklaren.
10.De toegepaste wettelijke voorschriften
11.De beslissing
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van gewoontewitwassen
gewoontewitwassen
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van medeplegen van gewoontewitwassen
gewoontewitwassen
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden;
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte:
mr. F.M.A. ‘t Hart, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.L. Vedder, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2023.