Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
6 april 2023.
mr. A.M. Ruige en van wat door verdachte en zijn raadsvrouw, mr. J.J.J. Broekhuizen, advocaat in Putten, naar voren is gebracht.
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsmotivering
[bedrijf 2] B.V. Daarbij is de omzet die in de ten laste gelegde periode via de bankrekeningen van de B.V.’s heeft gelopen vergeleken met de aangiften omzetbelasting:
wij dienen de aangiften in op basis van de administratie die we hebben ontvangen’. [25] Op de vraag aan verdachte tijdens het onderzoek ter terechtzitting op 6 april 2023 of hij de aangiften controleerde heeft verdachte geantwoord: ‘
[naam 1] gaf mij de stukken en vertelde mij dan wat ik aan de Belastingdienst moest betalen’.
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist of onvolledig doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, meermalen gepleegd.
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
8.De toegepaste wettelijke voorschriften
9.De beslissing
feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon begaan van opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist of onvolledig doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven, meermalen gepleegd;
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
4 (vier) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte:
mr. M. van Berlo, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.P. Ponsteen, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 20 april 2023.