ECLI:NL:RBOVE:2023:1252

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
7 april 2023
Publicatiedatum
7 april 2023
Zaaknummer
08-309544-22 (P), 08-710122-12 (tul) en 08-064817-21(tul)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor bezit van kinderporno met eerdere veroordelingen en voorwaarden voor reclassering

De rechtbank Overijssel heeft op 7 april 2023 een 37-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar, voor het bezit van kinderporno. De zaak kwam aan het licht door een melding van Google op 11 november 2021, waarin werd aangegeven dat de verdachte vermoedelijk kinderpornografisch materiaal op een server had geplaatst. Uit zijn justitiële documentatie bleek dat hij kort daarvoor, op 9 november 2021, was veroordeeld voor een vergelijkbaar feit en nog in de proeftijd zat van een eerdere veroordeling in 2013. Ondanks deze omstandigheden heeft hij opnieuw een aanzienlijke hoeveelheid kinderpornografisch materiaal verworven en in zijn bezit gehad. De rechtbank oordeelde dat de verdachte van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt, wat blijkt uit het aantal afbeeldingen en video's (in totaal 249) die hij in de periode van 1 september 2021 tot en met 21 juli 2022 heeft verworven. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging van verspreiding van kinderporno, omdat daar geen wettig bewijs voor was. De opgelegde straf houdt rekening met de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden verbonden aan de voorwaardelijke straf, waaronder meldplicht bij de reclassering en controle van digitale gegevensdragers, om herhaling van dergelijk gedrag te voorkomen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08-309544-22 (P), 08-710122-12 (tul) en 08-064817-21(tul)
Datum vonnis: 7 april 2023.
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1986 in [geboorteplaats] ,
wonende aan [adres] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 24 maart 2023.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. E. Leunk en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. J.W. Bosman, advocaat in Deventer, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

De verdenking komt er, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte kinderporno heeft verspreid, verworven en/of in zijn bezit heeft gehad en/of zich op een bepaalde manier daartoe toegang heeft verschaft en hier een gewoonte van heeft gemaakt.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
hij
in of omstreeks de periode van 01 september 2021 tot en met 21 juli 2022
te Almelo, in elk geval in Nederland,
meermalen, althans eenmaal (telkens)
(een) (aantal) afbeelding(en), te weten (een)(aantal) foto(’s) en/of (een)(aantal)
video(’s) en/of een gegevensdrager bevattende (een) afbeelding(en) te weten een
telefoon (Motorola XT2016-1) heeft
verspreid en/of
verworven en/of
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit
(onder meer):
het oraal en/of anaal penetreren met de penis van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;
en/of
het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis
en/of (een) vinger(s)/hand; (bestandsna(a)m(en): [adres] – foto 01, [adres] – foto 02, [adres] – foto 03)
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong;
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong;
en/of
het betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen en/of billen door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en); (bestandsna(a)m(en): [adres] – foto 04 en [adres] – foto 05)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) met (een) voorwerp(en) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) poseren (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s)
nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling; (bestandsna(a)(m)en): [adres] – foto 06 en [adres] – foto 07)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht/lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling; (bestandsna(a)m(en): [adres] – foto 08, [adres] – foto 09 en [adres] – foto 10)
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsmotivering

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat wettig en overtuigend kan worden bewezenverklaard dat verdachte in de ten laste gelegde periode kinderpornografisch materiaal heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad en dat hij van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen bewijsverweer gevoerd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van de in de bijlage bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit ter terechtzitting op 24 maart 2023 heeft bekend en nadien door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.
De rechtbank is, gelet op het vorenstaande en op grond van de bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte in de periode van 1 september 2021 tot en met 21 juli 2022 kinderpornografische afbeeldingen (foto’s en video’s) heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk dan wel met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft.
Gelet op de hoeveelheid foto’s en video’s (totaal 249), de periode waarin het verwerven en het in bezit hebben daarvan heeft plaatsgevonden en het feit dat dit zeer kort na de veroordeling van 9 november 2021 wegens een soortgelijk feit heeft plaatsgevonden, is de rechtbank van oordeel dat verdachte van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt in de zin van artikel 240b, tweede lid van het Wetboek van Strafrecht (Sr).
De rechtbank is van oordeel dat in het dossier geen wettig bewijs voorhanden is waaruit kan worden afgeleid dat verdachte kinderpornografisch materiaal heeft verspreid. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van dat onderdeel van de tenlastelegging.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan, met dien verstande dat:
hij
in de periode van 1 september 2021 tot en met 21 juli 2022
in Nederland,
een aantal afbeelding
(en
), te weten foto’s en video’s en een gegevensdrager bevattende afbeeldingen te weten een
telefoon (Motorola XT2016-1) heeft
verworven en
in bezit gehad en
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven - bestonden uit
(onder meer):
het oraal en/of anaal penetreren met de penis van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;
en/of
het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand;
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong;
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong;
en/of
het betasten en/of aanraken van de eigen geslachtsdelen en/of billen door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en);
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) met (een) voorwerp(en) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) poseren (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling;
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht/lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling;
van welk misdrijf hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in artikel 240b Sr. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
het misdrijf: een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren. Daarbij dienen volgens de officier van justitie niet alleen de bijzondere voorwaarden te worden opgelegd zoals geadviseerd door de reclassering in het rapport van 9 februari 2023, maar ook de bijzondere voorwaarde dat verdachte zal meewerken aan (onverwachte) controle van zijn gegevensdragers zoals is opgenomen onder de laatste voorwaarde in het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om aan verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf langer dan de duur van de inverzekeringstelling op te leggen, maar in plaats daarvan een voorwaardelijke gevangenisstraf of een taakstraf. De raadsman heeft gewezen op de oriëntatiepunten voor straftoemeting en de LOVS-afspraken en op het feit dat verdachte voor dit feit vier dagen in verzekering heeft doorgebracht. Artikel 22b Sr staat dan niet aan het opleggen van een taakstraf in de weg.
7.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van het gepleegde feit, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
De strafbare gedragingen van verdachte zijn aan het licht gekomen door een melding van Google inhoudende dat verdachte op 11 november 2021 vermoedelijk kinderpornografisch materiaal op een server van Google had geplaatst. Uit zijn justitiële documentatie blijkt dat verdachte vlak daarvoor, namelijk op 9 november 2021, is veroordeeld wegens bezit van kinderporno. Verdachte zat bovendien nog in de proeftijd van een in 2013 aan hem opgelegde straf wegens, onder meer, het bezit van kinderporno. Desondanks heeft hij opnieuw een hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en video’s verworven en in zijn bezit gehad. Het gaat om 249 afbeeldingen (30 foto’s en 219 video’s/films). Bij de productie van kinderpornografische afbeeldingen worden (veelal ook zeer jonge) kinderen op brute, vergaande en aangrijpende wijze seksueel misbruikt door volwassenen. Het behoeft geen betoog dat dergelijk misbruik zeer nadelige gevolgen kan hebben (in de zin van psychische, emotionele en lichamelijke schade) voor de desbetreffende kinderen en dat zij hierdoor ernstig kunnen worden geschaad in hun verdere ontwikkeling. Verdachte heeft door het verwerven en bezitten van het kinderpornografisch materiaal een bijdrage geleverd aan de instandhouding van dergelijke verwerpelijke praktijken.
De reclassering heeft op 9 februari 2023 een rapport uitgebracht over verdachte. Daaruit volgt dat verdachte zijn baan bij [bedrijf] is kwijtgeraakt naar aanleiding van de vorige veroordeling, waardoor hij geen vorm van dagbesteding meer had. Vanuit het UWV moest hij een re-integratietraject volgen, wat voor de nodige stress zorgde. Uiteindelijk werd de stress verdachte te veel en heeft hij seks als coping gebruikt. Door de jaren heen heeft verdachte veel behandelingen gevolgd. Gebleken is dat hij voornamelijk gebaat is bij externe sturing en dat zijn behandelplafond is bereikt. Ondanks het feit dat verdachte op dit moment voldoende is ingebed binnen de hulpverlening, zal er in zijn geval
– gelet op zijn verstandelijke beperking, zijn psychosociaal functioneren en copingvaardigheden – altijd een kans op recidive aanwezig blijven. Na de huidige aanhouding van verdachte is het signaleringsplan door de betrokken hulpverleners bijgesteld en is ervoor gekozen om met één signaleringsplan te gaan werken. Daarnaast is zijn medicatie verdubbeld en is er een afspraak gepland bij de seksuoloog van Transfore. Dit zal naar alle waarschijnlijkheid een gunstig effect hebben op de kans op recidive. Bij een veroordeling wordt geadviseerd een (deels) voorwaardelijke taakstraf op te leggen met de volgende bijzondere voorwaarden: meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling en begeleid wonen of maatschappelijke opvang.
De rechtbank is van oordeel dat niet kan worden volstaan met de door de raadsman verzochte onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan de duur van de inverzekeringstelling, te weten vier dagen, met daarnaast oplegging van voorwaardelijke gevangenisstraf of een taakstraf. Dit doet geen recht aan de aard en de ernst van het bewezenverklaarde feit waarvoor verdachte nu voor de derde keer wordt veroordeeld.
Bij het bepalen van de hoogte van de straf heeft de rechtbank gekeken naar de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Het oriëntatiepunt voor een gewoonte maken van het bezit van kinderporno is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van een jaar.
De rechtbank ziet in de persoon van verdachte aanleiding om een deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, als stok achter de deur voor verdachte om hem ervan te weerhouden om in de toekomst opnieuw een strafbaar feit te plegen.
Alles afwegend acht de rechtbank oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van twaalf maanden passend en geboden. De rechtbank zal hiervan een gedeelte van zes maanden voorwaardelijk opleggen, onder de bijzondere voorwaarden van meldplicht bij Reclassering Nederland, ambulante behandeling en begeleid wonen of maatschappelijke opvang, met een proeftijd van drie jaren.
De rechtbank zal verder als bijzondere voorwaarde opleggen de controle van digitale gegevensdragers, om te vermijden dat verdachte opnieuw in aanraking komt met kinderporno. De rechtbank overweegt dat de controle van digitale gegevensdragers in potentie een grote inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de gebruiker daarvan betekent. Onder meer het arrest van de Hoge Raad van 7 juli 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1215) geeft er blijk van dat de rechter zich daarvan rekenschap moet geven. De rechtbank zal daarom aan deze voorwaarde beperkingen verbinden wat betreft de maximale hoeveelheid en de frequentie van controles van digitale gegevensdragers, de wijze waarop kennis wordt genomen van aangetroffen gegevens, en het niet door een opsporingsambtenaar mogen uitvoeren van deze controles.

8.De vorderingen tenuitvoerlegging

8.1
Vonnissen waarvan de tenuitvoerlegging wordt gevorderd
Parketnummer 08-710122-12
Bij vonnis van de meervoudige kamer van 8 februari 2013 van deze rechtbank is verdachte ter zake van onder meer het verspreiden, aanbieden, verwerven en in bezit hebben van kinderporno, veroordeeld voor zover van belang tot een gevangenisstraf van twee jaren en 297 dagen, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan twee jaren voorwaardelijk, met een proeftijd van 10 jaren. De proeftijd is ingegaan op
23 februari 2013 en is geëindigd op 22 februari 2023.
Parketnummer 08-064817-21
Bij vonnis van de meervoudige kamer van 9 november 2021 van deze rechtbank is de verdachte ter zake van in het bezit hebben van kinderporno, veroordeeld voor zover van belang tot een gevangenisstraf van twee maanden voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, met een proeftijd van drie jaren. De proeftijd is ingegaan op 24 november 2021.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
Parketnummer 08-710122-12
De officier van justitie heeft gevorderd dat de vordering tot tenuitvoerlegging deels zal worden toegewezen, in die zin dat een deel van vier maanden gevangenisstraf zal worden tenuitvoergelegd.
Parketnummer 08-064817-21
De officier van justitie heeft toewijzing gevorderd van de vordering tot tenuitvoerlegging van een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vorderingen tot tenuitvoerlegging dienen te worden afgewezen. Subsidiair heeft hij de rechtbank in overweging gegeven om een gedeeltelijke tenuitvoerlegging te gelasten en de gevangenisstraffen om te zetten in een taakstraf.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
Het hierboven bewezen verklaarde feit is na het wijzen van voornoemde vonnissen en voor het eindigen van de proeftijden gepleegd. Door het plegen van het bewezen feit heeft de verdachte de aan de vonnissen verbonden algemene voorwaarde, dat hij voor het einde van de proeftijd geen nieuwe strafbare feiten zou plegen, niet nageleefd.
Parketnummer 08-710122-12
Gelet op het voorgaande zal de tenuitvoerlegging worden gelast van een gedeelte van vier maanden van het voorwaardelijk deel van de bij het vonnis onder parketnummer
08-710122-12 aan de verdachte opgelegde gevangenisstraf.
Parketnummer 08-064817-21
Ook zal de tenuitvoerlegging worden gelast van de bij het vonnis onder parketnummer
08-064817-21 aan de verdachte voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van twee maanden.
De rechtbank acht omzetting van deze gevangenisstraffen in een taakstraf niet aan de orde, omdat verdachte zich voor de derde keer schuldig heeft gemaakt aan hetzelfde ernstige strafbare feit.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feit
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf: een afbeelding - of een gegevensdrager, bevattende een afbeelding - van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarden niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat de verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht;
- meewerkt aan ambulante behandeling vanuit Transfore of een soortgelijke instantie, ter beoordeling van de reclassering, indien en zo lang als de reclassering dit noodzakelijk acht. Verdachte zal zich dan houden aan de regels die door of namens de leiding van Transfore zullen worden gegeven;
- verblijft binnen een woonvoorziening van de RIBW of een andere instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke omvang, te bepalen door de reclassering. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. Verdachte onthoudt zich op welke wijze dan ook van
* het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen. Het toezicht op deze voorwaarde vindt plaats door de reclassering. Verdachte bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. Om het toezicht op deze gedragsvoorwaarde mogelijk te maken, werkt verdachte mee aan controles van zijn digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek van de reclassering. Verdachte verschaft bij die controle de toegang tot computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarover verdachte in zijn woning beschikt en waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Ook verstrekt hij bij de controle wachtwoorden die voor die controle nodig zijn. De controle op digitale gegevensdragers vindt gedurende de proeftijd van drie jaren maximaal zes keer plaats. De controle is gericht op de vraag of verdachte kinderpornografisch materiaal vermijdt en strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van verdachte. De controle mag slechts op zodanige wijze worden uitgevoerd dat niet door een persoon kennis wordt genomen van de inhoud van afbeeldingen (geautomatiseerde controle is dus wel toegestaan). De reclassering kan voor de technische ondersteuning van de controle een deskundige op digitaal gebied meenemen, niet zijnde een opsporingsambtenaar. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 08-710122-12
- wijst de vordering toe en beveelt de tenuitvoerlegging van een gedeelte, groot
vier maanden, van de bij vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank van 8 februari 2013 voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstraf;

tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 08-064817-21

- wijst de vordering toe en beveelt de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de meervoudige kamer in deze rechtbank van 9 november 2021 voorwaardelijk opgelegde
gevangenisstrafvoor de duur van
twee maanden.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. K.A. Schönbeck, voorzitter, mr. C.C.S. Bordenga-Koppes en mr. P.A.M. Miltenburg, rechters, in tegenwoordigheid van S. Wongsokerto, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 7 april 2023.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer ONRBD22020, dossiernaam DOEJONG, gesloten op 29 november 2022. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van de terechtzitting van 24 maart 2023, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte als bedoeld in art. 359, derde lid, laatste volzin, Sv;
2.
Het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal, met bijlagen, van verbalisant [verbalisant 1] , van 31 oktober 2022, pagina’s 77 t/m 93, voor zover inhoudende, de bevindingen van verbalisant;
3.
Het proces-verbaal van bevindingen (samenvatting resultaten), met bijlage, van verbalisant [verbalisant 2] , van 14 november 2022, pagina’s 94 t/m 96, voor zover inhoudende, de bevindingen van verbalisant.