ECLI:NL:RBOVE:2022:2018
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering bijzondere bijstand voor verhuurnota en waarborgsom; geen noodsituatie
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, wordt het beroep van eiseres tegen de weigering van bijzondere bijstand voor de kosten van de eerste verhuurnota en de waarborgsom behandeld. Eiseres, die samen met haar partner dak- en thuisloos is geworden, had verzocht om bijzondere bijstand na een gedwongen verhuizing. Het college van burgemeester en wethouders van Enschede heeft deze aanvraag afgewezen, met het argument dat de kosten voorzienbaar waren en er geen bijzondere omstandigheden waren die een eerdere ingangsdatum van de bijstandsuitkering rechtvaardigden.
De rechtbank heeft op 25 mei 2022 de zaak behandeld. Eiseres stelde dat er wel sprake was van bijzondere omstandigheden die een eerdere ingangsdatum van de bijstandsuitkering rechtvaardigden. De rechtbank oordeelde echter dat de verhuizing niet als plotseling of acuut kon worden beschouwd, aangezien er een periode van aanmaningen en procedures aan de ontruiming voorafging. Eiseres en haar partner hadden moeten reserveren voor de kosten die met de verhuizing gepaard gingen.
Wat betreft de ingangsdatum van de bijstandsuitkering, oordeelde de rechtbank dat deze in beginsel niet eerder kan ingaan dan de datum waarop de aanvraag is ingediend, tenzij bijzondere omstandigheden dat rechtvaardigen. De rechtbank concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een eerdere ingangsdatum rechtvaardigden. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, wat betekent dat het besluit van het college in stand blijft. Er werd geen proceskostenvergoeding toegekend.