ECLI:NL:RBOVE:2021:3556
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wijziging nationaliteit in basisregistratie personen van onbekend naar staatloos voor Palestijnse vluchteling uit Syrië
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 17 september 2021 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk geschil tussen eiseres, een Palestijnse vluchteling uit Syrië, en het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg. Eiseres had verzocht om haar in de basisregistratie personen (brp) geregistreerde nationaliteit van 'onbekend' te wijzigen naar 'staatloos'. Dit verzoek werd afgewezen door verweerder, die stelde dat eiseres niet voldoende bewijs had geleverd om haar staatloosheid aan te tonen. De rechtbank heeft de zaak op 27 augustus 2021 behandeld, waarbij eiseres werd bijgestaan door haar gemachtigde en vergezeld door haar echtgenoot. Verweerder werd vertegenwoordigd door M. Schutemaker en B.P. Koster, met een tolk Arabisch aanwezig.
De rechtbank overwoog dat eiseres asiel was verleend tot 13 april 2024 en dat zij in de brp geregistreerd stond met de nationaliteit 'onbekend'. Eiseres had verschillende documenten overgelegd ter ondersteuning van haar verzoek, waaronder een reisdocument voor Palestijnse vluchtelingen en een family record van UNWRA. De rechtbank concludeerde echter dat de overgelegde documenten niet onomstotelijk bewijs leverden van haar staatloosheid. De rechtbank stelde vast dat de documenten niet voldoende informatie bevatten over de afstamming en woonhistorie van eiseres en haar ouders, en dat er geen authentiek bewijs was dat eiseres geen nationaliteit van een ander land had.
Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat verweerder terecht had besloten om de geregistreerde nationaliteit 'onbekend' te handhaven, omdat eiseres niet had aangetoond dat deze registratie onjuist was. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en liet het bestreden besluit in stand. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd, en de uitspraak werd openbaar gemaakt op de eerstvolgende donderdag na de datum van uitspraak.