Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[klager] ,
Feiten
Procedure
Beklag
Standpunt van het Openbaar Ministerie
Beoordeling
conservatoir beslag ex artikel 94a Svrust. Ook is niet in geschil dat tegen klager geen strafrechtelijk onderzoek is gericht.
Voor uitlevering zal de verdachte, indien op hetzelfde voorwerp een ander dan het in art. 94 Sv vermelde beslag is gelegd, afhankelijk zijn van de medewerking van de beslaglegger. Een conservatoir beslag als bedoeld in art. 94a Sv staat er niet aan in de weg dat een voorwerp wordt verbeurd verklaard. Een andersluidende opvatting zou ook tot het onaanvaardbare resultaat leiden dat de strafrechter door een beslaglegger in zijn sanctiemogelijkheden wordt beperkt.”
een ander stelt rechthebbende te zijn, aan een mogelijke verbeurdverklaring geen nadere eisen moeten worden gesteld. In artikel 33a, tweede lid, Sv is immers bepaald dat voorwerpen
die niet aan de veroordeelde toebehorenalleen verbeurd worden verklaard indien (a) degene aan wie zij toebehoren bekend was met hun verkrijging door middel van het strafbare feit of met het gebruik of de bestemming in verband daarmede, dan wel die verkrijging, dat gebruik of die bestemming redelijkerwijs had kunnen vermoeden (..). Daarvan is de rechtbank in dit geval niet gebleken.