ECLI:NL:RBOVE:2020:3441

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
24 september 2020
Publicatiedatum
19 oktober 2020
Zaaknummer
08/710017-19, 08/140228-19 en 08/121698-19 (ttz.gev)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis van de rechtbank Overijssel inzake poging tot afpersing, vernieling, poging tot diefstal, openlijk geweld en verboden wapenbezit door een 18-jarige jongeman

Op 24 september 2020 heeft de rechtbank Overijssel een 18-jarige jongeman veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen, waarvan 102 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en onder algemene en bijzondere voorwaarden. De jongeman werd schuldig bevonden aan meerdere strafbare feiten, waaronder poging tot afpersing in vereniging, vernieling, poging tot diefstal in vereniging, openlijk geweld in vereniging en verboden wapenbezit. De zaak kwam voort uit een poging tot overval op een cafetaria, waarbij de jongeman samen met een mededader gewapend met een mes de medewerkers bedreigde. Ongeveer twee maanden later vernielden zij de ruiten van dezelfde cafetaria. Daarnaast probeerde de jongeman in te breken bij een tankstation, stal hij een fiets en pleegde hij openlijke geweldpleging door stenen door een raam van een woning te gooien, terwijl de bewoners aanwezig waren. Naast de gevangenisstraf werd de jongeman ook veroordeeld tot het betalen van 190 euro schadevergoeding aan de slachtoffers. Dit vonnis is een herstelvonnis, omdat in het eerdere vonnis van 17 september 2020 enkele onderdelen ontbraken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De rechtbank heeft de bewezenverklaring van de feiten gebaseerd op de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de verdachte deze feiten heeft bekend en geen vrijspraak heeft bepleit. De rechtbank oordeelde dat de verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten en legde de straf op zoals door de officier van justitie gevorderd.

Uitspraak

Rechtbank Overijssel
Team Strafrecht
meervoudige kamer
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer(s): 08/710017-19, 08/140228-19 en 08/121698-19 (ttz.gev)
Herstelvonnis van de rechtbank Overijssel, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 2002 in [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] .
De rechtbank heeft geconstateerd dat in het vonnis van 17 september 2020 de volgende onderdelen met inhoud ontbreken:

3.De voorvragen;

4. De bewijsoverwegingen;

5. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde;

6. De strafbaarheid van verdachte;

7. De op te leggen straf of maatregel;

7.1.
De vordering van de officier van justitie;
7.2
Het standpunt van de verdediging.
De rechtbank is van oordeel dat sprake is van een vergissing die dient te worden hersteld.
De beslissing
De rechtbank:
- bepaalt dat het vonnis van 17 september 2020 als volgt (bij herstel) dient te worden aangevuld met:

3.De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4.De bewijsoverwegingen

Parketnummer 08/710017-19 feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4
Parketnummer 08/140228-19
Parketnummer 08/121698-19 feit 1 en feit 2
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat de tenlastegelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte deze feiten heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen [1] .
De rechtbank is aldus van oordeel dat op grond van voorgaande wettig en overtuigend bewezen is dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder parketnummer 08/710017-19 feit 1, feit 2, feit 3 en feit 4, parketnummer 08/140228-19 en parketnummer 08/121698-19 feit 1 en feit 2 tenlastegelegde feiten.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
Parketnummer: 08/710017-19
1.
hij op
of omstreeks22 januari 2019 te Almelo, tezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en
/ofzijn mededader voorgenomen misdrijf om, met het oogmerk om zich en/of een ander door
door geweld en/ofbedreiging met geweld wederrechtelijk te bevoordelen, twee personeelsleden van cafetaria [cafetaria] , te weten [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] te dwingen tot de afgifte van contant geld dat geheel
of ten dele aan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/ofaan die cafetaria
of aan een derdetoebehoorde, samen met zijn mededader, met een sjaal voor zijn gezicht en een capuchon over zijn hoofd en een zonnebril voor zijn ogen, genoemd cafetaria is binnengestapt, naar de toonbank is gelopen en
/ofdie [slachtoffer 1] en
[slachtoffer 2] een
(groot)mes heeft getoond en
/ofdit mes in de richting van die [slachtoffer 2] heeft gehouden; een tasje naar die [slachtoffer 1] heeft gegooid en heeft geschreeuwd of gezegd "geld, ik wil geld" en
/of"geld nu",
althans woorden van die strekking,terwijl verdachtes mededader gezichtsbedekkende kleding en
/ofeen zonnebril droeg en
/ofzichtbaar een koevoet of een soortgelijk voorwerp in zijn handen had, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2.
hij op
of omstreeks09 maart 2019 te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander,
althans alleen,opzettelijk en wederrechtelijk, een ruit, toebehorende aan snackbar [cafetaria]
en/of [slachtoffer 3] ,
in ieder geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader,heeft vernield
of beschadigddoor deze (met één of meer hamers) stuk te slaan.
3.
hij op
of omstreeks24 maart 2019 te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander,
althans alleen,opzettelijk en wederrechtelijk, een ruit, toebehorende aan snackbar [cafetaria] en/of [slachtoffer 3] ,
in ieder geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader,heeft vernield
of beschadigddoor deze (met één of meer hamers) stuk te slaan.
4.
hij op
of omstreeks16 maart 2019 te Almelo, tezamen en in vereniging met een ander,
althans alleen,ter uitvoering van het door verdachte en
/ofzijn mededader voorgenomen
misdrijf om sigaretten
en/of andere goederen van zijn/hun gadingweg te nemen, die
goederengeheel
of ten deletoebehorende aan [bedrijf] N.V.,
in ieder geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),met het oogmerk om zich die goederen wederrechtelijk toe te eigenen, en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en
/ofdie weg te nemen goederen onder
zijn/hun bereik te brengen door middel van braak
en/of verbreking,met een breekijzer heeft getracht de toegangsdeur van een [tankstation] tankstation te forceren en
/ofeen ruit heeft ingeslagen, terwijl verdachte en zijn mededader
daarbij gebruik maakten van handschoenen en donkere en gezichtsbedekkende kleding en zonnebrillen droegen en een plastic zak bij zich hadden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Parketnummer: 08/140228-19
hij
op ofomstreeks 8 februari 2019 te Almelo tezamen en in vereniging met een ander,
althans alleen,een fiets van het merk Gazelle,
in elk geval enig goed,die geheel
of ten deleaan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader
(s)toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 4] , heeft weggenomen met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Parketnummer: 08/121698-19
1.
hij op
of omstreeks17 mei 2019 te Almelo openlijk, te weten
op/aan de [straat] ,
in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een goed, te weten een ruit door een (bak)steen door voornoemde ruit te gooien
, terwijl hij, verdachte deze goederen opzettelijk heeft vernield.
2.
hij op
of omstreeks17 mei 2019 te Almelo een wapen van categorie IV, onder 7 van de Wet wapens en munitie, te weten een mes, zijnde een voorwerp waarvan, gelet op zijn aard en/of de omstandigheden waaronder het werd aangetroffen, redelijkerwijs kon worden
aangenomen dat het bestemd was om letsel aan personen toe te brengen en/of te dreigen
heeft gedragen.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 45, 47, 141, 311, 317, 350 van het Wetboek van Strafrecht (Sr), alsmede in artikel 27 juncto artikel 54 Wet wapens en munitie. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
Parketnummer: 08/710017-19
Feit 1
Het misdrijf: poging totafpersing, door twee of meer verenigde personen.
Feit 2 en feit 3
Telkens het misdrijf: medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, vernielen.
Feit 4
Het misdrijf: poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak.
Parketnummer: 08/140228-19
Het misdrijf: diefstal door twee of meer verenigde personen.
Parketnummer: 08/121698-19
Feit 1
Het misdrijf: openlijk in vereniging geweld plegen tegen goederen.
Feit 2
De overtreding: handelen in strijd met artikel 27, lid 1 van de Wet wapens en munitie terwijl het feit wordt begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie IV, onder 7 strafbaar gesteld bij artikel 54 van de Wet wapens en munitie.

6.De strafbaarheid van verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezenverklaarde feiten.

7.De op te leggen straf of maatregel

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een jeugddetentie voor de duur van 120 dagen, waarvan 102 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren met aftrek van de in voorarrest doorgebrachte tijd en daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden zoals door de Raad voor de Kinderbescherming is geadviseerd.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte en de positieve ontwikkeling die verdachte in de afgelopen periode heeft doorgemaakt een voorwaardelijke werkstraf een passende straf is, waarbij de periode die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht als onvoorwaardelijke werkstraf kan worden opgelegd. De raadsvrouw heeft verzocht voor feit 2 van parketnummer08-121698-19 een voorwaardelijke geldboete op te leggen aangezien het een overtreding betreft.
Aldus gewezen door mr. E.J.M. Bos, voorzitter, mr. M.H. van der Lecq en mr. A.J. de Loor, rechters, allen tevens kinderrechter, in tegenwoordigheid van H.J.A. Teerlink, griffier, op
24 september 2020.
Buiten staat
Mrs. Van der Lecq en De Loor zijn niet in de gelegenheid dit herstelvonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de politie eenheid Oost-Nederland met nummers BVH 2019034196, PL0600-2019059144 en PL0600-2019220772. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.