In deze zaak vordert de huurder, vertegenwoordigd door de Gemeentelijke Kredietbank Drenthe, een verbod op de executie van een ontbindings- en ontruimingsvonnis dat eerder door de Rechtbank Overijssel is uitgesproken. De huurder heeft een huurachterstand en is in verzet gekomen tegen het eerdere vonnis. De kantonrechter heeft op 25 oktober 2019 geoordeeld dat de verhuurder, Vechtdal Wonen, geen misbruik van recht maakt door de ontruiming door te zetten. De huurder heeft meerdere kansen gekregen om zijn gedrag te verbeteren, maar heeft niet voldaan aan de gemaakte afspraken en blijft overlast veroorzaken. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurder onvoldoende heeft meegewerkt aan de voorwaarden die zijn gesteld om de ontruiming te voorkomen. De vordering van de huurder is afgewezen en hij is veroordeeld in de proceskosten.