Op 17 januari 2019 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 28-jarige man, die als politieagent (niet in functie) werd beschuldigd van mishandeling. De verdachte werd veroordeeld tot een geldboete van 400 euro voor het stompen van een man in een café tijdens het evenement Sail Kampen op 1 april 2018. De rechtbank oordeelde dat van de verdachte, gezien zijn beroep, verwacht mocht worden dat hij zich anders had gedragen in deze situatie. Tijdens de zitting op 3 januari 2019 werd de vordering van de officier van justitie, mr. W.E.M. van Erp, besproken, evenals de verdediging door mr. M.J. Jansma, advocaat van de verdachte. De tenlastelegging hield in dat de verdachte het slachtoffer meermalen had geslagen in het gezicht. De rechtbank oordeelde dat de dagvaarding geldig was en dat er geen redenen waren voor schorsing van de vervolging. De rechtbank achtte de verklaring van het slachtoffer voldoende betrouwbaar en verwierp het verweer van de verdediging dat er sprake was van noodweer. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet in een noodweersituatie verkeerde en dat zijn handelen als aanvallend moest worden gekwalificeerd. De rechtbank legde een geldboete op, rekening houdend met de ernst van het feit en de gevolgen voor de verdachte als politieagent. Het vonnis werd openbaar uitgesproken door de rechters in Zwolle.