Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsoverwegingen
- het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , pagina’s 1314 tot en met 1320;
- het proces-verbaal van de terechtzitting van 26 november 2018, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte.
- het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , pagina’s 1314 tot en met 1320;
- het proces-verbaal van de terechtzitting van 26 november 2018, voor zover inhoudende de bekennende verklaring van de verdachte.
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
8.De schade van benadeelden
ik verwijs pt voor BGGZ voor jullie su onder verdenking van een DSM diagnose’ en een afspraak voor een intake bij een praktijk voor psychologie. Nu hieruit niet kan worden afgeleid dat sprake is van een in de psychiatrie erkend ziektebeeld als gevolg van het strafbare feit, acht de rechtbank de vordering op dit punt onvoldoende onderbouwd. Daarom zal de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in zijn vordering.
9.De toegepaste wettelijke voorschriften
10.De beslissing
jeugddetentievoor de duur van
3 (drie) maanden;
in zijn geheel niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat verdachte:
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid voor de duur van
160 (honderdzestig) uren;
vervangende jeugddetentiezal worden toegepast voor de duur van
80 dagen;