Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[eiser 3],
[eiser 4],
1.De procedure
- de dagvaarding;
- 36 producties aan de zijde van LOOP c.s.;
- de conclusie van antwoord;
- 38 producties aan de zijde van NRC;
- de mondelinge behandeling op 22 december 2016;
- de pleitnota van LOOP c.s.;
- de pleitnota van NRC.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
“Welke van deze belangen in een gegeven geval de doorslag behoort te geven, hangt af van de in onderling verband te beschouwen omstandigheden van het geval. Deze maatstaf is neergelegd in het Gemeenteraadslidarrest en is sindsdien vaste rechtspraak”.
“Podologenclub in handen van de Noorse broeders”gevolgd door de aanhef “
Tussen een sektarische kerk en een brancheorganisatie van voetdeskundigen blijken verborgen banden en geldstromen te bestaan” en luidt de eerste zin van het artikel
“Dat ze in handen zijn gevallen van de sektarische geloofsgemeenschap Noorse broeders, dat beseffen de meeste deelnemers aan het Jaarcongres voor de Podologie vorige week maandag in Nieuwegein, nog niet”. De voorzieningenrechter acht in dit geval dan ook van belang in welke mate deze uitlatingen ten tijde van de publicatie steun vonden in het destijds daaromtrent beschikbare feitenmateriaal. Bezien moet worden of aannemelijk is geworden dat er daadwerkelijk banden en geldstromen bestaan tussen Loop c.s. en CGN nu dit immers door Loop c.s. wordt weersproken.
“e.e.a. is zo geregeld dat [eiser 4] als het ware wat betaalde uren schenkt waarin [E] bovenstaande dingen kan doen”. Daarnaast blijkt uit het beschikbare feitenmateriaal (productie 23 en 35 van NRC) dat AvP in 2015 facturen aan CGN heeft gestuurd met omschrijving “ huur werk- en vergaderruimte’ ter compensatie van de uren die [E] maakte voor CGN.
Zijn naam wordt niet voluit genoemd omdat justitie hem verdenkt van valsheid in geschrifte en oplichting. Samen met zijn broer zou hij de regionale netbeheerder Rendo in Meppel voor miljoenen euro’s hebben benadeeld. Daarvan kwam 375.000 euro bij de kerk van de Noorse broeders terecht”.Uit deze passage kan naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet worden afgeleid dat NRC zou hebben gesuggereerd dat [eiser 4] en zijn broer hoofdverdachten zijn. Er staat enkel dat justitie hen als verdachten heeft aangemerkt en deze uitlating vindt naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende steun in het beschikbare feitenmateriaal. Dat aan [eiser 4] door het OM een voorstel voor afdoening is aangeboden en dat [eiser 4] dit voorstel heeft afgewezen omdat hij meent onschuldig te zijn, maakt dit niet anders. Tussen partijen is niet in geschil dat het in het artikel genoemde bedrag van € 375.000,00 een zakelijke lening van Marella B.V. (waarvan [eiser 4] directeur is) aan CGN betreft. Dat NRC in het artikel niet meldt dat het om een lening gaat, staat niet in de weg aan de juistheid van de uitlating dat voornoemd bedrag bij CGN terecht is gekomen. Gelet op het vorenstaande is de voorzieningenrechter dan ook van oordeel dat ook de wijze waarop NRC over de strafzaak heeft gepubliceerd, steun vond in het feitenmateriaal dat ten tijde van publicatie beschikbaar was.
“Prima”.
“De publicatie over deze -mogelijke- misstanden kan een groot maatschappelijk belang hebben, mits zij juist zijn. Er bestaat een maatschappelijk belang bij het aan het licht brengen van financiële malversaties bij bedrijven en organisaties, wangedrag van bestuurders en de invloed van een genootschap op een organisatie zonder medeweten van haar leden”. Voorts blijkt uit het beschikbare feitenmateriaal voldoende dat LOOP c.s. publieke bekendheid genieten. Zo wordt [eiser 4] in de dagvaarding aangeduid als “voornaam grondlegger van de podologie of voetkunde in Nederland” en is hij bestuurder van LOOP en AvP. Daarnaast is [eiser 4] een belangrijke Noorse broeder. [eiser 3] is mede-eigenaar en directeur van AvP en voorzitter van CGN. [eiser 3] publiceert regelmatig artikelen en is een eigen website gestart, waarop hij blogs over [D] , NRC en Joep Dohmen plaatst. Ten slotte kunnen LOOP en AvP gelet op hun eigen doelstelling worden aangemerkt als een maatschappelijke organisatie. Onder deze omstandigheden zijn de grenzen van toelaatbare kritiek naar het oordeel van de voorzieningenrechter bij LOOP c.s. ruimer.