ECLI:NL:RBOVE:2017:1742
Rechtbank Overijssel
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift tegen het bepalen en verwerken van het DNA-profiel van een veroordeelde minderjarige
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 29 maart 2017 uitspraak gedaan over een bezwaarschrift van een veroordeelde minderjarige tegen het bepalen en verwerken van zijn DNA-profiel. De veroordeelde, geboren in 2000, was eerder veroordeeld voor het verspreiden van kinderpornografisch materiaal en had een jeugddetentie van een maand voorwaardelijk opgelegd gekregen. Het bezwaarschrift, ingediend door zijn advocaat mr. J.W. Bosman, werd behandeld achter gesloten deuren. De officier van justitie, mr. J.R. Klunder, was ook aanwezig en stelde dat het bezwaarschrift ongegrond verklaard moest worden.
De verdediging voerde aan dat het bepalen en verwerken van het DNA-profiel van de minderjarige niet van betekenis zou zijn voor de opsporing van strafbare feiten, gezien de aard van de misdrijven en de bijzondere omstandigheden waaronder deze gepleegd zijn. De officier van justitie weerlegde dit door te stellen dat de wet geen ruimte biedt voor een belangenafweging en dat er geen uitzonderingen van toepassing zijn. De rechtbank oordeelde dat het bezwaarschrift ontvankelijk was, maar dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het afnemen van DNA-materiaal zouden rechtvaardigen.
De rechtbank concludeerde dat de minderjarigheid van de veroordeelde en het feit dat hij geen eerdere justitiële documentatie had, niet voldoende waren om een uitzondering te maken op de verplichting tot DNA-afname. De rechtbank verklaarde het bezwaarschrift ongegrond, waarmee het bevel tot DNA-afname werd bevestigd.