ECLI:NL:RBOVE:2016:4677
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid en schadevergoeding na ongeval met beperkte schadevergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 29 juni 2016 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen AXA Belgium N.V. en [X] naar aanleiding van een ongeval dat [X] op 22 augustus 2000 is overkomen. AXA vorderde in conventie een verklaring voor recht dat het ongeval niet heeft geleid tot meer schade dan reeds door middel van betaling van voorschotten is vergoed. De rechtbank oordeelde dat de vordering van AXA toewijsbaar was, omdat niet is komen vast te staan dat de klachten van [X] tot de door hem gestelde beperkingen leiden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de nek/schouderklachten, hoofdpijnklachten en tintelingen in de hand/arm van [X] door het ongeval zijn veroorzaakt, maar dat de schadeposten die [X] heeft opgevoerd, zoals verlies van arbeidsvermogen en kosten voor huishoudelijke hulp, niet toewijsbaar zijn omdat deze onvoldoende zijn onderbouwd. De rechtbank heeft ook de vordering van [X] in reconventie afgewezen, omdat hij niet voldoende bewijs heeft geleverd voor zijn schade. De rechtbank heeft AXA veroordeeld in de proceskosten van [X] en heeft de vordering van [X] tot schadevergoeding afgewezen. De rechtbank heeft uiteindelijk een bedrag van € 3.000,00 aan smartengeld toegewezen, maar de overige vorderingen van [X] zijn afgewezen.