Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 10 juni 2015 waarbij de onteigening van perceel [plaats 1] , [nummer] (02.64.19 ha), eigendom van Kampereiland Vastgoed BV, gepacht door [A] , vervroegd is uitgesproken;
- het concept-rapport van deskundigen van 13 juli 2015;
- de brief van 19 augustus 2015 van [A] met verzoek om een tussenuitspraak van de rechtbank;
- de brief van de provincie van 21 augustus 2015 houdende reactie op voornoemd verzoek
- de brief van de rechtbank aan partijen van 26 augustus 2015 houdende afwijzing van voornoemd verzoek;
- de rolbeslissingen van 26 augustus 2015 en 2 september 2015 tot bepaling van een nieuwe roldatum voor het definitieve deskundigenrapport;
- de brief van [A] van 21 september 2015 (met bijlagen) houdende reactie op het concept-deskundigenrapport;
- de brief van 21 september 2015 van de provincie houdende reactie op het concept-deskundigenbericht;
- de brief van [A] van 5 oktober 2015 tot het overleggen van het definitieve rapport d.d. 24 september 2015 van [bedrijf 1] te [plaats 2] alsmede nadere berekeningen d.d. 5 oktober 2015 van [bedrijf 2] te [plaats 3] ;
- de brief van de deskundigen van 6 oktober 2015 met het verzoek om de datum van het definitieve deskundigenrapport te verschuiven;
- de brief van [A] van 9 oktober 2015 inzake de handelwijze van de deskundigen;
- de brief van de deskundigen van 21 oktober 2015 in reactie op de laatst voornoemde brief;
- de rolbeslissing van 28 oktober 2015 tot bepaling van een nieuwe roldatum voor het definitieve deskundigenrapport;
- de brief van de provincie van 13 november 2015 houdende reactie op de reactie van [A] op het concept-deskundigenrapport en op diens brief van 5 oktober 2015;
- de akte DP 16-2 HA 120 ter zake van het deponeren op 21 januari 2016 van het definitieve deskundigenrapport van 19 januari 2016;
- de brief van [A] van 13 mei 2016 tot overlegging van een verslag van een overleg van 5 november 2015, alsmede van een opgave van gemaakte (en nog te maken) kosten van deskundige en juridische bijstand;
- de brief van de provincie van 20 mei 2016 tot overlegging als aanvullende productie van een offerte van 19 mei 2016 van [bedrijf 3] te [plaats 4] ;
- de brief van [A] van 23 mei 2016 houdende bezwaar tegen overlegging van laatstgenoemde productie ;
- de brief van de provincie van 25 mei 2016 in reactie op voornoemd bezwaar;
- de pleidooien op 30 mei 2016 en de ter gelegenheid daarvan door de provincie en [A] , overgelegde pleitnota’s, onder vermelding dat de door [A] overgelegde pleitnota niet is voorgelezen;
2.Inschrijving onteigeningsvonnis
3.Het deskundigenrapport en de standpunten van partijen
vermogensschadetoe te kennen een bedrag van (2.64.19 ha maal € 1,00/m2 , derhalve) € 26.419,00, wegens het verlies van zijn pachtrecht op het onteigende.
overige schaden en kosten[A] een bedrag van € 101.000,00 te vergoeden. Dit bedrag heeft betrekking op de aanleg van dammen met duiker (€ 2.000,00), nieuwe drainage in de vervangende gronden (€ 29.000,00), de noodzakelijke aanleg van een nieuw kavelpad ten behoeve van de vervangende gronden oostelijk van de Buitendijksweg (€ 45.000,00), grondverbetering van de vervangende gronden aan weerszijden van deze weg (25.000,00).
inkomensschade(inclusief stagnatieschade) hebben de deskundigen een bedrag van € 10.514,00 begroot, voor de berekening waarvan zij het norminkomen, berekend aan de hand van de jaarcijfers over een drietal boekjaren op basis van het gemiddelde jaarinkomen per hectare in aanmerking hebben genomen. Verder hebben zij rekening gehouden met een verschil in opbrengst van 30 % tussen de vervangende pachtgronden ten oosten van de Buitendijksweg en de door [A] vóór de onteigening gepachte gronden ten westen van deze weg en met een stagnatieschade over de eerste tien jaar vanwege de te plegen verbetering aan de oostelijke compensatiegronden.
onderdelen van de schadeloosstellingvolgens het deskundigenadvies hebben partijen eveneens andersluidende standpunten ingenomen.