Uitspraak
Rechtbank Overijssel
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
hij (op één of meer tijdstippen) in of omstreeks de periode van 01 januari 1996 tot en met 31 december 2001 te Dedemsvaart, gemeente Avereest, in ieder geval in Nederland, met [slachtoffer], geboortedatum [geboortedatum 2] 1992, handelingen heeft gepleegd, mede bestaande uit het seksueel binnendringen van haar lichaam, immers heeft verdachte
- zijn tong in de vagina, althans tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] gebracht en/of
- zijn penis in de vagina, althans tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] gebracht en/of
- met zijn vingers de vagina en/of de billen van die [slachtoffer] betast en/of
- zich door die [slachtoffer] laten aftrekken, althans zich door die [slachtoffer] aan zijn penis laten betasten en/of
- gemasturbeerd in aanwezigheid van die [slachtoffer] en/of
- geëjaculeerd over het lichaam van die [slachtoffer],
terwijl die [slachtoffer] toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt;
hij (op één of meer tijdstippen) in of omstreeks de periode van 01 januari 1996 tot en met 31 december 2001 te Dedemsvaart, gemeente Avereest, in ieder geval in Nederland, ontucht heeft gepleegd met zijn (toen) minderjarie dochter [slachtoffer], geboortedatum [geboortedatum 2] 1992,
die ontucht er in bestaande dat verdachte
- zijn tong in de vagina, althans tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft gebracht danwel de vagina van die [slachtoffer] heeft gelikt en/of
- zijn penis in de vagina, althans tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft gebracht danwel zijn penis tegen de vagina van die [slachtoffer] heeft gebracht en/of
- met zijn vingers de vagina en/of billen van die [slachtoffer] heeft betast en/of
- zich door die [slachtoffer] heeft laten aftrekken, althans zich door die [slachtoffer] aan zijn penis heeft laten betasten;
- heeft gemasturbeerd in aanwezigheid van die [slachtoffer] en/of
- heeft geëjaculeerd over het lichaam van die [slachtoffer].
3.De vordering van de officier van justitie
[slachtoffer] gevorderd, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
4.De voorvragen
5.De beoordeling van het bewijs
hij in de periode van 01 januari 1996 tot en met 31 december 2001 te Dedemsvaart, gemeente Avereest, met [slachtoffer], geboortedatum [geboortedatum 2] 1992, handelingen heeft gepleegd, mede bestaande uit het seksueel binnendringen van haar lichaam, immers heeft verdachte
- zijn tong in de vagina en tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] gebracht en
- zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] gebracht en
- met zijn vingers de vagina en de billen van die [slachtoffer] betast en
- zich door die [slachtoffer] laten aftrekken en
- gemasturbeerd in aanwezigheid van die [slachtoffer] en
- geëjaculeerd over het lichaam van die [slachtoffer],
hij in de periode van 01 januari 1996 tot en met 31 december 2001 te Dedemsvaart, gemeente Avereest, ontucht heeft gepleegd met zijn toen minderjarige dochter[slachtoffer], geboortedatum [geboortedatum 2] 1992,
- zijn tong in de vagina en tussen de schaamlippen van die [slachtoffer] heeft gebracht en
- zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] heeft gebracht en
- met zijn vingers de vagina en billen van die [slachtoffer] heeft betast en
- zich door die [slachtoffer] heeft laten aftrekken en
- heeft gemasturbeerd in aanwezigheid van die [slachtoffer] en
- heeft geëjaculeerd over het lichaam van die [slachtoffer].
6.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
7.De strafbaarheid van de verdachte
8.De op te leggen straf of maatregel en de gronden daarvoor
dr. R.W. Blaauw, psycholoog, zoals blijkt uit het Pro Justitia rapport van 10 september 2014. Uit dit rapport komt naar voren dat bij verdachte ten tijde van het plegen van het bewezenverklaarde sprake is van een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens in de vorm van een persoonlijkheidsstoornis niet anderszins omschreven met ontwijkende, afhankelijke en obsessief-compulsieve trekken, alsmede van een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van pedofilie. Volgens de psycholoog is er sprake van verminderde toerekeningsvatbaarheid. Het recidiverisico wordt geschat op laag.
9.De schade van benadeelden
- € 636,43 aan materiële schade;
- € 8.000,- aan immateriële schade.
10.De toegepaste wettelijke voorschriften
11.De beslissing
- verklaart bewezen, dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
- bepaalt dat het voorwaardelijke deel van de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast:
- stelt als
- stelt als
- stelt als
- draagt deze reclasseringsinstelling op om aan verdachte hulp en steun te verlenen bij de naleving van deze voorwaarden;
- bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als veroordeelde heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als veroordeelde aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
mr. R.A.M. Elbers, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.W. de Boer, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 25 juni 2015.