ECLI:NL:RBOVE:2015:1699
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om openbaarmaking van bedrijfsgegevens uit het CBBS-systeem
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 7 april 2015 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiser uit Almelo en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen. De eiser had verzocht om openbaarmaking van de namen en adressen van bedrijven die gekoppeld zijn aan specifieke nummers uit het CBBS-systeem. Dit verzoek werd door de verweerder afgewezen op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de openbaarmaking van de gevraagde gegevens zou leiden tot het onthullen van vertrouwelijke bedrijfs- en fabricagegegevens. De rechtbank heeft de weigeringsgronden ex artikel 10, eerste lid, onder c, en artikel 10, tweede lid, onder b en g, van de Wob besproken. De rechtbank oordeelde dat de koppeling van de gevraagde gegevens aan het CBBS-systeem inzicht geeft in de bedrijfsvoering en productieprocessen van de betrokken bedrijven, wat hen in een nadelige positie zou kunnen brengen.
Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat openbaarmaking van de gegevens zou leiden tot een vermindering van de medewerking van bedrijven aan het CBBS-systeem, wat negatieve gevolgen zou hebben voor de uitvoering van de taken van de verweerder in het kader van de sociale zekerheidswetgeving. De rechtbank concludeerde dat de belangen van de overheid en de betrokken bedrijven zwaarder wegen dan het openbaarheidsbelang in deze zaak. De rechtbank heeft daarom de beslissing van de verweerder om het verzoek af te wijzen, bevestigd en het beroep ongegrond verklaard.