Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- het tussenvonnis van 29 oktober 2014,
- de akte van Mediant d.d. 26 november 2014,
- de akte van [eiseres] d.d. 26 november 2014,
- het telefonisch contact op 23 december 2014 tussen de griffier van de rechtbank en
- mr. Van Stokkum, waarin mr. Van Stokkum heeft laten weten dat hij desisteert,
- de akte van Mediant d.d. 24 december 2014,
- de akte uitlaten ex artikel 2.11 procesreglement van 14 januari 2015 waarin
- de akte uitlaten ex artikel 2.11 procesreglement van 14 januari 2015 van
2.De verdere beoordeling
Heeft Mediant [eiseres] in de avond en nacht van 2 en 3 januari 2012 op een zodanige wijze behandeld en verzorgd zoals dat, gezien de toenmalige opvattingen binnen de beroepsgroep, de professionele standaard met betrekking tot deze behandeling en verzorging was?”[eiseres] stelt dat de tweede vraag aangevuld moet worden met een vraag naar de gangbare inzichten ten aanzien van de verslaglegging en het gebruik van protocollen in psychiatrische ziekenhuizen. Mediant heeft bezwaren geuit tegen deze aanvullende vraagstelling. Zij stelt dat het er niet om gaat dat de deskundige in zijn algemeenheid vragen beantwoordt met betrekking tot verslaglegging en gebruik van protocollen in psychiatrische ziekenhuizen. De vraag dient toegespitst te worden op de behandeling en verzorging van patiënten als [eiseres]. Mediant meent dat het de voorkeur verdient de vraag breed te formuleren, zoals door de rechtbank in het vonnis van 29 oktober 2014 is gedaan. Mediant acht een aanvullende vraag met betrekking tot verslaglegging en gebruik van protocollen in psychiatrische ziekenhuizen niet relevant voor de vaststelling of zij tekort is geschoten in haar zorgplicht jegens [eiseres].
29 oktober 2014, waarin is overwogen dat met partijen is afgesproken dat Mediant haar medisch dossier van [eiseres], wat betreft de periode tot en met 8 februari 2012, aan de te benoemen deskundige zal overleggen, zal de rechtbank eveneens bepalen dat Mediant haar medisch dossier van [eiseres], wat betreft de periode tot en met 8 februari 2012, aan de deskundige dient te doen toekomen.