ECLI:NL:RBOVE:2014:5957
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd aan Bouw B.V. wegens overtreding van de Wet arbeid vreemdelingen
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd 10 november 2014, staat de zaak centraal van [naam 1] Bouw B.V. die een bestuurlijke boete van € 8.000,-- is opgelegd door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wegens overtredingen van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav). De rechtbank behandelt het beroep van eiseres tegen het besluit van 23 juni 2014, waarin het bezwaar tegen de boete ongegrond is verklaard. Tijdens de zitting op 16 oktober 2014 is eiseres vertegenwoordigd door haar directeur en haar gemachtigde, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door een medewerker van het ministerie. De rechtbank overweegt dat eiseres niet betwist dat er een overtreding heeft plaatsgevonden, maar stelt dat verweerder onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de omstandigheden van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid van eiseres. De rechtbank wijst op het belang van het horen van getuigen die kunnen bijdragen aan het vaststellen van de feiten en omstandigheden rondom de tewerkstelling van de betrokken werknemer zonder geldige tewerkstellingsvergunning. De rechtbank besluit om verweerder in de gelegenheid te stellen het gebrek in het besluit te herstellen door de relevante getuigen te horen en een oordeel te vormen over de verwijtbaarheid van eiseres. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak.