Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[eiseres sub 1],
[eiseres sub 2],
1.Het procesverloop
- de dagvaarding van [eiseres] van 30 juli 2012,
- de conclusie van antwoord van [gedaagde] van 17 oktober 2012,
- de conclusie van repliek van [eiseres] van 12 december 2012,
- de conclusie van dupliek van [gedaagde] van 23 januari 2013,
- de akte van [eiseres] van 6 maart 2013,
- de antwoordakte van [gedaagde] van 3 april 2013.
2.De feiten
de Rechtbank Almelo. De behandeling van het faillissementsrekest van [eiseres] op
22 februari 2012 is voor twee weken uitgesteld nadat [eiseres] met [S] overleg heeft gehad over een betalingsregeling.
3.Het geschil
een bedrag ad € 51.831,05 te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente vanaf
7 maart 2012, met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van de procedure met inbegrip van de nakosten.
22 februari 2012 garant gesteld voor het geval [S] de vordering niet zou voldoen. Nu [S] de vordering niet heeft voldaan, kan [eiseres] betaling van [gedaagde] vorderen. [eiseres] betwist dat de overeenkomst van borgtocht rechtsgeldig is vernietigd, nu [gedaagde] de overeenkomst is aangegaan in de normale uitoefening van zijn beroep of bedrijf en diens echtgenote geen toestemming behoefde te geven.
4.De beoordeling
NJ 1991 / 777).
om deze gestelde mondelinge mededeling, zo die al zou zijn gedaan, te verifiëren en desnoods te laten vastleggen om bewijstechnische redenen. [eiseres] heeft geen feiten of omstandigheden aangevoerd die haar stellingname onderbouwen. Nu [eiseres] dienaangaande niet heeft voldaan aan haar stelplicht, komt de rechtbank niet toe aan een nadere bewijslastverdeling.
2,5 punten x tarief IV à € 894,00.