Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
1.[eiser 1] , en2. [eiser 2] ,
B.V.,
1.De kern van de zaak en de uitkomst daarvan.
2.De procedure
- de mondelinge behandeling van 22 juli 2025
3.De feiten
[gedaagde] is eigenaar van het perceel aan de [adres 2] te [plaats] , kadastraal bekend als [kadastrale aanduiding 2] . [eisers] en [gedaagde] zijn buren van elkaar: vanuit de woning van [eisers] gezien grenst de achtertuin van zijn perceel aan het perceel van [gedaagde] , waarop een bedrijfspand op is gevestigd.
“uitmakende een ter plaatse afgepaald gedeelte ter grootte van ongeveer zeven are zes en dertig centiare van het kadastrale perceel [kadastrale aanduiding 3] gedeeltelijk; lopende de perceelsgrens op een afstand van één meter van de muur van de bedrijfshal.”
4.Het geschil
5.De beoordeling
“Het beroep van een verkrijger van een registergoed op goede trouw wordt niet aanvaard, wanneer dit beroep insluit een beroep op onbekendheid met feiten die door raadpleging van de registers zouden zijn gekend”.
zeven are en zesendertig centiarevan het kadastrale perceel [kadastrale aanduiding 3] .,
lopende de perceelsgrens op een afstand van één meter van de muur van de bedrijfshal. Vast staat dat het totale, indertijd door [A] van de gemeente [plaats] gekochte bouwperceel 12 are en 8 centiare groot was. Vast staat ook – dat staat althans tussen partijen niet ter discussie en is ook consistent in de desbetreffende leveringsakten tot uitdrukking gebracht - dat het perceel met het bedrijfspand 5 are groot is. Dat zou dan betekenen dat het perceel met de woning niet groter kan zijn dan 7 are en 8 centiare. Desondanks wordt in de leveringsakte het aan de rechtsvoorganger van [eisers] geleverd perceel beschreven als een perceel ter grootte van ‘ongeveer 7 are zes en dertig centiare’. Uitgaande van een perceelsbreedte van 23 meter lijkt het er - voorshands oordelend - op dat met de opgegeven maatvoering van het perceel gerekend is tot aan de achtergevel van het bedrijfspand. Dit valt echter niet te rijmen met de toevoeging in diezelfde akte dat de perceelsgrens op een afstand van één meter van de muur van de bedrijfshal loopt.
zeven are en acht centiare, zonder dat daarbij aanvullend is vermeld dat de perceelsgrens op één meter vanuit de achtergevel van het bedrijfspand loopt.