Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald
2.De feiten
Ik vraag de Geschillencommissie Ziekenhuizen mijn klacht in behandeling te nemen. Ik begrijp dat ik de klacht ook kan voorleggen aan de bevoegde rechter, maar in plaats daarvan wil ik mijn klacht voorleggen aan de Geschillencommissie Ziekenhuizen. Ik aanvaard de uitspraak van de Geschillencommissie Ziekenhuizen als bindend. Met deze uitspraak wordt het geschil beslist. Ik ga ermee akkoord dat hetreglement van de Geschillencommissie Ziekenhuizenop deze procedure van toepassing is. Ook stem ik ermee in dat, als ik een vertegenwoordiger heb, hij of zij de procedure voor mij voert
3.Het geschil
informed consent),
4.De beoordeling
De klacht van de cliënte dat voorafgaand aan de operatie onvoldoende transparante informatie is verstrekt, is niet onderbouwd en onduidelijk is voor de commissie op welke informatie de cliënte doelt. Voor zover hiermee bedoeld wordt het vermelden van het risico op een littekenbreuk, heeft de zorgaanbieder terecht aangevoerd dat de kans hierop dermate klein is na een ingreep als die bij de cliënte is uitgevoerd dat patiënten daarvoor niet hoeven te worden geïnformeerd omdat dit geen redelijkerwijs te verwachten gevolg van de ingreep is. Uit de stukken blijkt dat de cliënte uitvoerig is voorgelicht over de voor- en nadelen van een ingreep en dat hierin een duidelijke afweging is gemaakt. De cliënt heeft gekozen voor de ingreep. Er was daarmee sprake van informed consent. Er was geen sprake van bijzondere risico’s die apart vermeld dienden te worden.”
De klacht van de cliënte betreffende het nazorgtraject is evenmin aangetoond of onderbouwd. Uit het dossier blijkt dat de cliënte op 7 maart 2021 uit het ziekenhuis werd ontslagen met een poliklinisch belconsult voor 24 maart 2021. Dit telefonisch contact kwam niet tot stand, waarna op 29 maart 2021 en 7 april 2021 postoperatieve controles hebben plaatsgevonden. Bij de laatste postoperatieve controle kon de chirurgische behandeling vanwege het ontbreken van klachten worden beëindigd. Wat de zorgaanbieder in het nazorgtraject anders had moeten doen, is de commissie niet duidelijk geworden. De cliënte heeft bij de laatste controle op 7 maart (sic) 2021 immers aangegeven dat er geen klachten waren. Voor het eerst op 18 juni 2022 heeft de cliënte de zorgaanbieder aansprakelijk gesteld, welk aansprakelijkheid door de zorgaanbieder op 30 september 2022 is afgewezen.”
informed consent, en dat de klachten voor wat betreft het nazorgtraject niet aangetoond zijn. Niet in geschil is dat zij ook heeft geoordeeld over de klachten van [eiser] ten aanzien van de behandeling.