ECLI:NL:RBOBR:2025:1192

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
26 februari 2025
Publicatiedatum
27 februari 2025
Zaaknummer
409646 EX RK 24-163
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot heropening van de vereffening van Panver B.V. en bevestiging van de bevoegdheid van de vereffenaar

In deze beschikking van de Rechtbank Oost-Brabant, uitgesproken op 26 februari 2025, is het verzoek van de vennootschap COMANT BVBA tot heropening van de vereffening van Panver B.V. afgewezen. Comant had verzocht om heropening van de vereffening, omdat er nog een aandelenpakket in het kapitaal van andere vennootschappen zou zijn dat niet was overgedragen. De rechtbank heeft vastgesteld dat Panver op 27 oktober 2022 is ontbonden en dat de vereffenaar, [B], bevoegd is om de vereffening te voltooien. De rechtbank oordeelde dat het verzoek tot heropening niet nodig was, omdat de vereffenaar al bevoegd was en de vereffening nog niet was afgerond. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat de vereffening van Panver voortduurt totdat alle baten zijn vereffend, en dat de heropening van de vereffening niet aan de orde is. De rechtbank heeft het verzoek van Comant afgewezen en bevestigd dat [B] bevoegd is om de vereffening van Panver voort te zetten. Er is geen kostenveroordeling uitgesproken, gezien de aard van de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK Oost-Brabant

Civiel recht
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Zaaknummer / rekestnummer: C/01/409646 / EX RK 24-163
Beschikking van 26 februari 2025
in de zaak van
de vennootschap naar buitenlands recht COMANT BVBA,
gevestigd in Antwerpen, België,
verzoekende partij,
hierna te noemen: Comant,
advocaat: mr. D.A.A.P. de Jong.

1.De procedure

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift van Comant van 4 november 2024 met 9 bijlagen. Het verzoekschrift strekt tot, kort gezegd, heropening van de vereffening van Panver B.V. (hierna: Panver), laatstelijk statutair gevestigd te Best en laatst kantoorhoudende te Bladel, en ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 55139434.
1.2.
Op verzoek van de rechtbank heeft (de advocaat van) Comant per e-mail van 9 december 2024 een actueel uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel (hierna: KvK) overgelegd ten aanzien van de hoofdvestiging van Panver.
1.3.
Omdat tegen het verzoek geen verweer is gevoerd en niet is gebleken van (andere) belanghebbenden, heeft de rechtbank afgezien van het houden van een mondelinge behandeling en bepaald dat er een beschikking zal worden gegeven.

2.De feiten

2.1.
Bij notariële akte van 17 april 2012 (productie 3) is Panver opgericht door [A] (hierna: [A] ), handelend als enig directeur van Tedopres International B.V., gevestigd te Dongen.
2.2.
In de statuten van Panver (zoals opgenomen in voornoemde notariële akte) staat vermeld dat zij het volgende doel had:
2.3.
Verder is in de statuten, voor zover hier van belang, het volgende bepaald:
(…)
2.4.
Uit het uittreksel uit het handelsregister van de KvK (productie 1) blijkt dat daarin op 27 oktober 2022 is geregistreerd dat Panver is ontbonden en beëindigd, met ingang van 4 oktober 2022.
2.5.
Uit het bij e-mail van 9 december 2024 overgelegde uittreksel uit het handelsregister van de KvK blijkt dat Comant ten tijde van de ontbinding enig aandeelhouder van Panver was en dat [B] (hierna: [B] ) is benoemd tot vereffenaar (alleen/zelfstandig bevoegd).
2.6.
Op 27 oktober 2022 is de rekening en verantwoording ter inzage gelegd ten kantore van het handelsregister van de Kamer van Koophandel. De neerlegging van de stukken is door de vereffenaar op 2 november 2022 in het nieuwsblad ‘Dagblad van het Noorden’ bekend gemaakt.

3.Het verzoek en de beoordeling

3.1.
Comant verzoekt heropening van de vereffening van Panver en benoeming van een vereffenaar als bedoeld in artikel 2:23c van het Burgerlijk Wetboek (BW).
3.2.
Aan het verzoek heeft Comant het volgende ten grondslag gelegd.
De enige baten die Panver bij de vereffening nog had, was een pakket aandelen in het kapitaal van de vennootschappen Main Capital III Funders B.V. en Main Capital IV Funders B B.V. (hierna: het aandelenpakket). De vereffenaar heeft opdracht verleend aan [C] , notaris in [plaats] , om over te gaan tot (gedeeltelijke) verdeling van het liquidatiesaldo door overdracht van het aandelenpakket aan Comant. De notaris heeft daartoe leveringsakten opgesteld en zowel Comant als Panver heeft een volmacht (tot aanvaarding respectievelijk tot levering) afgegeven aan het kantoor van de notaris om de akte te kunnen passeren. De factuur die de notaris voor zijn werkzaamheden heeft verstuurd (d.d. 13-03-2023), is door Comant voldaan. De leveringsakten zijn echter nooit daadwerkelijk gepasseerd, met het gevolg dat de aandelen niet zijn overgedragen en de eigendom van het aandelenpakket bij Panver is gebleven.
3.3.
De aandeelhoudersvergadering van Comant heeft op 28 maart 2023 – achteraf bezien ten onrechte – besloten dat de laatste bate van Panver was uitgekeerd, dat haar vereffening was voltooid en dat het liquidatieproces kon worden beëindigd. De vereffenaar heeft vervolgens op 15 augustus 2023 bij de KvK opgegeven dat de vennootschap wegens het ontbreken van baten is opgehouden te bestaan. Nadat haar duidelijk was geworden dat de aandelen nog altijd eigendom waren van Panver, heeft Comant geprobeerd om de inschrijving van Panver in het handelsregister te laten aanpassen. De Kamer van Koophandel heeft Comant daarop te kennen gegeven dat zij dit niet kan herstellen omdat aan de uitschrijving van Panver een vereffening vooraf is gegaan. Daarom vraagt Comant de rechtbank nu om de vereffening van Panver te heropenen. Zonder deze heropening zal een notaris geen medewerking kunnen en willen verlenen aan de overdracht van de aandelen, aldus Comant, zodat het noodzakelijk is dat Panver tijdelijk herleeft.
3.4.
Comant heeft op grond van het voorgaande te gelden als belanghebbende bij het verzoek tot heropening van Panver.
3.5.
Artikel 2:23c BW bepaalt dat, indien na het tijdstip waarop de rechtspersoon is opgehouden te bestaan nog een schuldeiser of gerechtigde tot het saldo opkomt of van het bestaan van een bate blijkt, de rechtbank op verzoek van een belanghebbende de vereffening kan heropenen en daarbij zo nodig een vereffenaar kan benoemen. Voor toewijzing van een dergelijk verzoek is dan voldoende dat de gestelde vordering en/of de (potentiële) bate voldoende aannemelijk is/zijn gemaakt om die heropening te rechtvaardigen.
3.6.
Echter, op grond van artikel 2:19 lid 5 BW blijft een rechtspersoon – zoals terecht in het verzoekschrift is opgemerkt – voortbestaan voor zover (en zo lang) dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Na het ontbindingsbesluit komt de rechtspersoon ofwel in een vereffeningsprocedure terecht, ofwel zij houdt op te bestaan na een toegepaste turboliquidatie. Het bestaan van de rechtspersoon eindigt vervolgens (pas) nadat al haar bekende baten vereffend zijn (artikel 2:19 lid 6 en artikel 2:23b lid 9 BW).
3.7.
Blijkens het verzoekschrift en de bijbehorende stukken behoorde het aandelenbelang van Panver in het kapitaal van de vennootschappen Main Capital III Funders B.V. en Main Capital IV Funders B B.V. al tot haar vermogen vóórdat het bestuur van Panver besloot tot haar ontbinding en liquidatie. Dat betekent dat (ook) dit aandelenbelang bij haar ontbinding had moeten worden vereffend op basis van artikel 2:19 lid 5 BW. Dat was ook de bedoeling, maar de vereffening is tot nu toe niet afgerond: de akte die strekte tot overdracht van de aandelen is immers niet gepasseerd. Het gevolg daarvan is dat Panver – ondanks haar ontbinding, vereffening en uitschrijving uit het handelsregister – (‘sluimerend’) is blijven voortbestaan, in afwachting van haar (verdere) vereffening. De weg van artikel 2:23c lid 1 BW hoeft in een dergelijk geval niet te worden gevolgd en kán ook niet worden gevolgd (zie bijvoorbeeld: Hoge Raad 27 januari 1995, NJ 1995/579; Gerechtshof Arnhem 23 juli 2013, JOR 2013/216; Gerechtshof ’s-Gravenhage 4 juni 2019, JOR 2019/245, m.nt. S. Renssen en Gerechtshof Amsterdam 3 november 2020, ECLI:NL:GHAMS:2020:3004). Het bestaan van de rechtspersoon eindigt immers pas nadat al haar bekende baten vereffend zijn en de vereffening is geëindigd (artikel 2:19 lid 6 en artikel 2:23b lid 9 BW). Dit leidt tot de conclusie dat het verzoek tot heropening van de vereffening van Panver moet worden afgewezen.
3.8.
Op grond van artikel 2:23 lid 1 BW en het bepaalde in artikel 28 lid 1 van de statuten van Panver treedt [B] , de bestuurder van Panver, op als vereffenaar. Comant heeft hem bij besluit van 4 oktober 2022 ook als zodanig benoemd. [B] is aldus steeds bevoegd gebleven om de rechtshandelingen te verrichten die noodzakelijk zijn om Panver (verder) te vereffenen (waaronder begrepen het notarieel leveren van het aandelenpakket aan Comant).
3.9.
De bereidheid van [B] om de vennootschap Panver (verder) te vereffenen, blijkt uit de daartoe strekkende verklaring (productie 9). Verder is gesteld noch gebleken dat [B] niet in staat zou zijn om deze taak te vervullen. Dat betekent dat er al een bevoegde vereffenaar is en dat benoeming van een vereffenaar door de rechtbank niet aan de orde is. Daarom zal ook dit onderdeel van het verzoek worden afgewezen.
3.10.
Gelet op de aard van deze procedure ziet de rechtbank geen aanleiding om een kostenveroordeling uit te spreken.

4.De beslissing

De rechtbank
- wijst het verzoek af,
- verstaat dat de heer [B] bevoegd is om Panver B.V. (in liquidatie) te vereffenen.
Deze beschikking is gegeven door mr. I.L.P. Crombeen en in het openbaar uitgesproken op
26 februari 2025.