ECLI:NL:RBOBR:2024:5106
Rechtbank Oost-Brabant
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Deelgeschil letselschade: vergoeding voor huislift en zwembad
In deze zaak gaat het om een deelgeschil in het kader van letselschade, waarbij verzoeker, die op 19 november 2019 door een ongeval met een jachtgeweer gewond raakte, vergoeding vraagt voor de kosten van een huislift en een overdekt zwembad. Verzoeker stelt dat deze voorzieningen noodzakelijk waren voor zijn herstel en zelfstandigheid. De rechtbank oordeelt dat de kosten voor de huislift, die in totaal € 29.645,- bedroegen, niet volledig voor vergoeding in aanmerking komen. De rechtbank acht het redelijk dat verzoeker een liftvoorziening in zijn huis aanbracht, maar concludeert dat volstaan had kunnen worden met een reguliere traplift, waarvoor een bedrag van € 10.000,- wordt toegewezen. De kosten voor het zwembad, dat € 59.133,60 kostte, worden afgewezen, omdat verzoeker andere, minder kostbare mogelijkheden had om aan zijn herstel te werken. De rechtbank wijst de kosten van de deelgeschilprocedure, die door partijen zijn begroot op € 4.000,- exclusief btw, toe aan verzoeker, vermeerderd met btw, tot een totaal van € 4.840,-. De rechtbank beslist dat verzoeker recht heeft op een vergoeding van € 10.000,- voor de lift en dat de overige verzoeken worden afgewezen.